Storing
De startmotor werkt
De accu moet worden opgeladen
niet of draait te
Slechte kabelverbinding naar de accupolen
langzaam (de motor
kan met de hand
Startrelais defect
worden gedraaid)
Startmotor defect
De motor kan niet
Interne delen van de motor vastgelopen of
met de hand
beschadigd
worden gedraaid
Zwarte uitlaatgassen
Motor overbelast
Luchtfilterelementen verstopt
Ongeschikt type diesel
Injectie defect
Overmatige inlaat-/afvoerklepspeling
EGR-klep defect
Witte uitlaatgassen
Ongeschikt type diesel
Injectie defect
Vertraging timing brandstofinjectie
Motorolie
Als de storing of de oorzaak ervan niet in de weergegeven lijst met storingen staat, neem dan contact op met McConnel om reparaties uit te
laten voeren.
7.1.2 - PROBLEEMOPLOSSING BESTURINGSEENHEID LE70
Storing
Longitudinale hoek van de machine te groot
10
ten opzichte van de grond
Transversale hoek van de machine te groot
11
ten opzichte van de grond
12
Watertemperatuur aan de hoge kant
13
Watertemperatuur hoog, stop de stronkenfrees voor
de veiligheid
14
Watertemperatuur te hoog, zet de motor uit voor de
veiligheid
40
LE70 1 veiligheidsrelais contactfout
41
LE70 2 veiligheidsrelais contactfout
42
LE70 3 veiligheidsrelais contactfout
43
LE70 4 veiligheidsrelais contactfout
44
RTC-fout besturingseenheid
50
LE70 CRC-fout
51
LE70 CRC-fout
52
LE70 CRC-fout
53
LE70 CRC-fout
55
Geen stroom naar de LE70
Als de storing of de oorzaak ervan niet in de weergegeven lijst met storingen staat, neem dan contact op met McConnel om reparaties uit te
laten voeren.
Oorzaak
Witte of zwarte uitlaatgassen
Oorzaak
Controleer de elektrolyt / laad de accu op
Reinig de klemmen, draai ze opnieuw vast
Neem contact op met de ondersteuningsdienst van McConnel
Verminder de belasting
Reinig / vervang de elementen
Vervang met een geschikt type diesel
Neem contact op met de ondersteuningsdienst van McConnel
Vervang met het aanbevolen type diesel
Neem contact op met de ondersteuningsdienst van McConnel
Verlaag de helling van de machine
Verlaag de helling van de machine
Laat de motor afkoelen
Laat de motor afkoelen
Laat de motor afkoelen
Controleer de voedingen van de besturingseenheid, sla de parameters
op. Als de fout aanhoudt, vervang dan de besturingseenheid
Controleer de voedingen van de besturingseenheid, sla de parameters
op Als de fout aanhoudt, vervang dan de besturingseenheid
Controleer de voedingen van de besturingseenheid, sla de parameters
op Als de fout aanhoudt, vervang dan de besturingseenheid
Controleer de voedingen van de besturingseenheid, sla de parameters
op Als de fout aanhoudt, vervang dan de besturingseenheid
Sla de parameters op. Als de fout aanhoudt, vervang dan de
besturingseenheid
Herprogrammeer de besturingseenheid, sla de parameters op. Als de
fout aanhoudt, vervang dan de besturingseenheid
Herprogrammeer de besturingseenheid, sla de parameters op. Als de
fout aanhoudt, vervang dan de besturingseenheid
Herprogrammeer de besturingseenheid, sla de parameters op. Als de
fout aanhoudt, vervang dan de besturingseenheid
Herprogrammeer de besturingseenheid, sla de parameters op. Als de
fout aanhoudt, vervang dan de besturingseenheid
Zorg ervoor dat er stroom staat op pinnen A33 en B33
69
Actie
Actie