Inhoudsopgave
Advertenties
3 - VEILIGHEIDSEISEN
3.1 - ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LET OP
•
Voor een veiliger gebruik zijn stickers op de machine aangebracht. Deze
moeten worden vervangen als ze niet meer leesbaar zijn.
•
De bediener mag nooit een incidentele werknemer zijn, maar moet enige
ervaring hebben met dit type machine.
•
Als het directe zicht op het werkgebied vanuit de rijpositie niet voldoende is,
moet de bediener worden bijgestaan door een uitdrukkelijk aangewezen
persoon.
•
Controleer maandelijks de staat en werking van alle onderdelen die onderhevig
zijn aan slijtage:
(pennen, kleppen, leidingen enz.). Vervang ze waar nodig door originele
onderdelen.
•
Knoei in geen geval aan het hydraulisch systeem en verwijder in geen geval de
afdichting van de ventielen, omdat hierdoor de garantie komt te vervallen.
Neem voor het afstellen van de kleppen contact op met een erkende
werkplaats.
•
Overmatige verhitting van de olie veroorzaakt schade aan de pakkingen van
het hydraulische circuit en aantasting van de vloeistof zelf. Verwarming wordt
veroorzaakt door het lamineren van de olie door het maximale drukventiel.
Vermijd daarom langdurig gebruik met de vijzels aan het einde van de slag.
•
Het is ook noodzakelijk om te controleren of de noodknop van de machine en
de stopknop van de afstandsbediening correct werken. Als de nood- of
stopknoppen beschadigd zijn, mag de machine niet worden opgestart of moet
de werking ervan onmiddellijk worden stopgezet.
•
De gebruiker van de machine is verantwoordelijk voor alle materiële schade of
persoonlijk letsel veroorzaakt door de bediening van de machine.
•
Onderhoud, reiniging, afstellingen of soortgelijke handelingen aan enig
onderdeel van de machine of verwisselbare apparatuur die erop is
aangesloten, zijn strikt verboden wanneer de machine in beweging is.
Onderhoud, reiniging of afstellingen moeten altijd worden uitgevoerd met
uitgeschakelde motor.
•
Het is verboden om de beschermkappen die bewegende delen of hete
oppervlakken van de machine,
of verwisselbare apparatuur die erop is aangesloten, te beschermen, te
verwijderen of te wijzigen.
3.1.1 - DE MACHINE GOED LEREN KENNEN
De machine mag alleen worden gebruikt door gekwalificeerd personeel, dat bekend moet zijn met de locatie
en de functie van alle bedieningselementen, gereedschappen, indicatoren, indicatielampjes en platen.
15
Advertenties
Inhoudsopgave
