Componenten
UP
1
DN
1. Trim- en kantelbekrachtigingsschakelaar
Bij de bediening voor twee motoren bedient
de schakelaar op de bedieningsgreep beide
buitenboordmotoren tegelijk.
Bij de bediening voor drie motoren bedient de
schakelaar op de bedieningsgreep alle bui-
tenboordmotoren tegelijk.
Voor instructies over het gebruik van de trim-
en kantelbekrachtigingsschakelaars, zie pa-
gina's 74 en 77.
DMU26244
Trimtap met anode
DWM00840
Een verkeerd afgestelde trimtap kan er-
voor zorgen dat het moeilijk is om te stu-
ren. Laat de motor altijd proefdraaien na-
dat een trimtap geïnstalleerd of vervan-
gen is om er zeker van te zijn dat de be-
sturing correct verloopt. Zorg ervoor dat
u de bout vastdraait nadat de trimtap bij-
geregeld is.
De trimtap moet zo worden ingesteld dat er
evenveel kracht moet worden uitgeoefend
om de stuurinrichting naar rechts te draaien
als om ze naar links te draaien.
Als de boot de neiging heeft naar links (bak-
boord) te draaien, dient u het achtereind van
de trimtap naar bakboord te draaien ("A" in
de afbeelding). Als de boot de neiging heeft
naar rechts (stuurboord) te draaien, dient u
35
UP
ZMU05964
DN
het achtereind van de trimtap naar stuur-
boord te draaien ("B" in de afbeelding).
DCM00840
De trimtap doet ook dienst als anode om
de motor te beschermen tegen elektro-
1
chemische corrosie. De trimtap mag niet
worden geschilderd, want dan kan ze niet
meer als anode werken.
1. Trimtap
2. Bout
3. Kap