≥ 2/3
1
Fig. Positie van de wals bij rijden op
wegkanten
1. Draaibesturing
8
Rijden langs randen
Controleer wanneer u dicht bij kanten rijdt, dat
tenminste 2/3 van de wals zich op een ondergrond
met voldoende draagvermogen bevindt.
Bij draaibesturing, mag slechts één wals in de
Bij draaibesturing, mag slechts één wals in de
positie draaien zoals afgebeeld op de tekening.
positie draaien zoals afgebeeld op de tekening.
De andere wals moet de grond over zijn volle
De andere wals moet de grond over zijn volle
breedte aanraken.
breedte aanraken.
Onthoud dat het zwaartepunt van de macine
Onthoud dat het zwaartepunt van de macine
naar buiten beweegt bij het sturen. Bijvoorbeeld
naar buiten beweegt bij het sturen. Bijvoorbeeld
naar rechts wanneer men het stuur naar links
naar rechts wanneer men het stuur naar links
draait.
draait.
ICC334HF-1NL4.pdf
Veiligheid - bij bediening
2011-05-16