Audio-instellingen (Vervolgd)
1
Sluit de microfoon die
compatibel is met een multi-
interfaceschoen (afzonderlijk
verkrijgbaar) aan op de multi-
interfaceschoen.
2
Selecteer [MI SHOE MIC] in het
menu [MIC SELECT].
Geluid opnemen met een
externe microfoon (afzonderlijk
verkrijgbaar)
U kunt geluid in stereo opnemen met een
externe microfoon (afzonderlijk
verkrijgbaar).
1
Sluit de externe microfoon
(afzonderlijk verkrijgbaar) aan op
de MIC-aansluiting (PLUG IN
POWER).
2
Selecteer [STEREO MINI MIC] in
het menu [MIC SELECT].
Het geluidsniveau aanpassen
via de aansluitingen INPUT1 en
INPUT2
U kunt het geluidsniveau aanpassen voor
het geluid dat wordt ingevoerd via de
aansluitingen INPUT1 en INPUT2.
1
Zet de AUTO/MAN-schakelaar
voor het kanaal dat u wilt
aanpassen (CH1 of CH2) op MAN.
52
NL
2
Draai aan de knop AUDIO LEVEL
om het geluidsniveau aan te
passen.
Gebruik een hoofdtelefoon of een
audioniveaumeter om te controleren of het
audioniveau juist is.
Automatische aanpassing herstellen
• Zet de schakelaar AUTO/MAN op AUTO om
de automatische aanpassing van het geluid dat
wordt ingevoerd via de aansluitingen INPUT1
en INPUT2 te herstellen.
Het geluidsniveau van de
interne microfoon of een
externe microfoon aanpassen
(afzonderlijk verkrijgbaar)
U kunt het geluidsniveau aanpassen voor
het geluid dat wordt ingevoerd door de
interne microfoon of een externe microfoon
(afzonderlijk verkrijgbaar).
1
Selecteer [MANUAL] in het menu
[REC LEVEL MODE] in [AUDIO REC
LEVEL].
2
Pas tijdens het opnemen of in de
stand-bymodus het
microfoonvolume aan in het
menu [MANUAL REC LEVEL] in
[AUDIO REC LEVEL].
Automatische aanpassing herstellen
• Selecteer [NORMAL] of [HIGH] in het menu
[REC LEVEL MODE] in [AUDIO REC
LEVEL].