INSTALLATIE
4.2 - Wateranalyse
Het water dient geanalyseerd te worden; in het watercircuit moeten alle componenten zitten die nodig zijn voor behandeling van het
water: fi lters, additieven, tussenwisselaars, ontlastkranen, ontluchtkranen, afsluiters etc., afhankelijk van de resultaten van de analyse.
!
Het is niet raadzaam om de units te gebruiken in een open systeem (vanwege mogelijke problemen met oxidatie)
of met onbehandeld grondwater.
Gebruik van onbehandeld of onjuist behandeld water kan leiden tot afzetting van ketelsteen, algen of slib, en corrosie en erosie
veroorzaken. Het is aan te raden een gekwalifi ceerde specialist in waterbehandeling in te schakelen om te bepalen welke maatregelen
nodig zijn. De fabrikant kan geen aansprakelijkheid aanvaarden voor schade die voortvloeit uit het gebruik van onbehandeld of onjuist
behandeld water, zout water of pekel.
Hier volgen enkele, niet complete, aanbevelingen:
• Geen NH4+ ammonium ionen in het water, deze zijn erg nadelig voor koper. < 10 mg/l.
• Cl- Chloride-ionen zijn nadelig voor koper met een risico op perforaties door corrosie met gaatjes. < 10 mg/l.
• SO42- sulfaationen kunnen perforerende corrosie veroorzaken.< 30 mg/l.
• Geen fl uoride-ionen (< 0,1 mg/l).
• Geen Fe2+ en Fe3+ ionen met opgeloste zuurstof. Opgelost ijzer < 5 mg/l met opgeloste zuurstof < 5 mg/l. Boven deze waarden
treedt corrosie van staal op, die kan leiden tot corrosie van koperen delen door afzetting van Fe – dit is vooral van toepassing bij
shell-en-tube warmtewisselaars.
• Opgeloste siliconen: siliconen zijn een zuur element van water en kunnen ook leiden tot corrosierisico's. Inhoud < 1 mg/l.
• Waterhardheid: TH > 2,8 K. Waarden tussen 10 en 25 zijn aan te bevelen. Hierdoor ontstaat kalkafzetting die de corrosie van koper
kan beperken. TH-waarden die te hoog zijn, kunnen op den duur leiden tot leidingblokkades.
• TAC< 100.
• Opgeloste zuurstof: Elke plotselinge verandering in de zuurstofhoudendheid van het water moet worden voorkomen. Onttrekken van
zuurstof aan het water door het te mengen met inert gas is even nadelig als een te veel aan zuurstof door het te mengen met pure
zuurstof. De verstoring van de zuurstofcondities kan leiden tot een destabilisatie van koperhydroxide en een vergroting van deeltjes.
• Specifi eke weerstand – elektrische geleiding: hoe hoger de specifi eke weerstand, hoe trager het verloop van corrosie. Waarden
boven 3000 ohm/cm zijn wenselijk. Een neutrale omgeving stimuleert de maximale specifi eke weerstandswaarden. Voor elektrische
geleidingswaarden is 200-6000 S/cm aan te bevelen.
• pH: pH-neutraal bij 20°C (7 < pH < 8)
Indien het watercircuit voor langer dan een maand geleegd wordt, moet in het hele circuit stikstof gebracht worden om corrosie door
differentiële beluchting te voorkomen.
4.3 - Antivriesbeveiliging
4.3.1: Glycol-wateroplossing gebruiken
HET TOEVOEGEN VAN GLYCOL IS DE ENIGE EFFICIËNTE BESCHERMING TEGEN BEVRIEZING
De glycol-wateroplossing moet voldoende geconcentreerd zijn om een goede bescherming te bieden en zelfs bij de laagste
!
te verwachten buitentemperaturen ijsvorming voorkomen. Neem voorzorgsmaatregelen bij gebruik van niet-gepassiveerde
MEG antivriesoplossingen (mono-ethyleenglycol of MPG mono-propyleenglycol). Bij deze antivriesoplossingen kan
corrosie optreden bij aanraking met zuurstof.
4.3.2: Tap de installatie af
Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat handbediende of automatische ontluchters zijn aangebracht
op alle hoge punten van het watercircuit. Voor het aftappen van het circuit moeten aftapkranen zijn aangebracht op alle
!
lage punten van het circuit. Het circuit kan worden afgetapt door de aftapkranen
te openen en voor luchttoevoer te zorgen.
Let op: ontluchtingsnippels zijn niet ontworpen om lucht aan te voeren.
BEVRIEZING VAN EEN WARMTEWISSELAAR ALS GEVOLG VAN KOUD WEER VALT NIET ONDER DE GARANTIE VAN LENNOX.
• 14 •
CHILLER-IOM-1309-D