Handige functies (Vervolgd)
b Opmerkingen
• Zie pagina 26 voor meer informatie over
opnamemedia die kunnen worden gebruikt voor
het opnemen met Vertraagd en versneld.
• Wanneer u opneemt met de functie Versneld
opnemen, kan uw camcorder enige tijd
doorgaan met opnemen (maximaal 30 seconden)
nadat u op de knop hebt gedrukt om de opname
te stoppen. Gebruik de camcorder niet terwijl de
indicator [REC] op het scherm knippert en
wacht tot [STBY] wordt weergegeven.
• Nadat u op de knop hebt gedrukt om de opname
te stoppen, gaat de camcorder verder met
opnemen totdat het schrijven van de minimale
gegevenseenheid is voltooid (0,5 seconden
afspeeltijd).
Voorbereiding
U moet de opname-indeling en de
framesnelheid instellen.
1 Druk op de MENU-knop A.
56
NL
2 Selecteer
(CAMERA SET) t
[S&Q MOTION] t [REC FORMAT]
met de V/v/B/b/SET-knop B.
3 Een opname-indeling selecteren.
Waarden instellen
60i
50i
1080/60p PS
1080/50p PS
1080/30p FX
1080/25p FX
1080/30p FH
1080/25p FH
1080/24p FX
1080/24p FH
4 Selecteer [FRAME RATE] met de V/v/
B/b/SET-knop B en stel de gewenste
framesnelheid in.
60i
50i
60fps
50fps
30fps
25fps
15fps
12fps
8fps
6fps
4fps
3fps
2fps
2fps
1fps
1fps
5 Selecteer [
RETURN].
Opnemen in Vertraagd en versneld
1 Druk op de V/v/B/b/SET-knop B en
selecteer
(CAMERA SET) t
[S&Q MOTION] t [EXECUTE], of
wijs [S&Q MOTION] toe aan een
ASSIGN-knop en druk op de ASSIGN-
knop.
2 Druk op de START/STOP-knop C.
Vertraagde en versnelde opnamen starten.
Vertraagde en versnelde opnamen
stoppen
Druk op de START/STOP-knop C.
–
–