A Sprocket
Ondergrond
Vlakke, normale of
zachte ondergrond
Oneffen of moeilijke
ondergrond (combinatie
van grind, stenen, keien
of andere obstakels of
hellingen)
2
N
1
1
1 2
2
V1067100
3
4
U gebruikt de rijhendels (-pedalen) om de machine
te verrijden of tot stilstand te brengen.
A
LET OP
V1152381
Wanneer in dit instructieboek wordt gesproken van
voorzijde, vooruit, achterzijde, achteruit, links en
rechts wordt gerefereerd aan een situatie waarbij
de sprockets achter de cabine zitten. Controleer
altijd of dit het geval is, voordat u de
bedieningshendels en pedalen bedient.
Let op de onderstaande bedrijfsomstandigheden,
als u langere ritten met de machine wilt maken.
Bediening
Rijd nooit meer dan 2 uur achtereen. Las, als u langere ritten
dan 2 uur op hoge snelheid wilt maken, eerst een pauze van
20 minuten in. Anders kunnen de rollen en drukwielen van de
rupskettingen oververhit raken en aanleiding geven tot
olielekkage.
OPMERKING!
Rijd vooruit met de machine (in de richting van de drukwielen)
om de slijtage te beperken van de bewegende delen van de
onderwagen.
Rijd op lage snelheid en nooit meer dan 1 uur achtereen. Las,
als u langere ritten dan 1 uur wilt maken, eerst een pauze van
20 minuten in. Anders kunnen de rollen en drukwielen van de
rupskettingen oververhit raken en aanleiding geven tot
olielekkage.
OPMERKING!
Rijd vooruit met de machine (in de richting van de drukwielen)
om de slijtage te beperken van de bewegende delen van de
onderwagen.
N Neutrale stand (machine komt tot stilstand).
1 Vooruit Duw de hendel naar voren of trap op het
voorste gedeelte van het pedaal om de machine
vooruit te rijden, wanneer de sprocket achter de
cabine zit.
2 Achteruit Trek de hendel naar achteren of trap
op het achterste gedeelte van het pedaal om de
machine achteruit te rijden, wanneer de sprocket
achter de cabine zit.
Overige bedieningselementen
Bedieningselementen
Rijhendels
Rijpedalen
111