Periodiek onderhoud
BRANDSTOF CONTROLEREN /
BIJVULLEN
Om brandstof toe te voegen:
OPMERKING: Raadpleeg de tabel met dieselspecificaties
(figuur 17) voor specifieke brandstofaanbevelingen.
1. Verwijder de dop van de brandstoftank (A, figuur 18).
2. Vul de tank tot de onderkant van de vulbuis. Op die
manier laat u ruimte in de tank voor het uitzetten van de
brandstof.
3. Zet de dop op de brandstoftank en draai ze handvast.
4. Herhaal hetzelfde proces voor de tegenoverliggende
tank.
WAARSCHUWING
Wees voorzichtig met diesel. Het is een uiterst
ontvlambaar product. Voeg geen brandstof toe
wanneer de motor nog warm is omdat hij nog
niet voldoende is afgekoeld. Vermijd vonken en
vuur en laat niet toe dat er wordt gerookt in de
onmiddellijke omgeving. Voeg niet te veel
brandstof toe en neem gemorste brandstof op.
Verwijder de brandstoffilter niet en tap geen
brandstof af wanneer de motor warm is want
gemorste brandstof kan ontbranden. Zorg ervoor
dat de aftapklep van de filter volledig gesloten is
voor u de zitmaaier opnieuw in gebruik neemt.
WAARSCHUWING
Brandstof die op warme oppervlakken of
elektrische onderdelen lekt of wordt gemorst
kan brand veroorzaken. Om mogelijke letsels te
helpen voorkomen, zet u de contactschakelaar
in de stand UIT wanneer u de brandstoffilters of
waterafscheiderelementen vervangt. Neem
gemorste brandstof onmiddellijk op.
BRANDSTOFFILTER
Uw zitmaaier is uitgerust met twee brandstoffilters. Een
ervan is een waterafscheider (A, figuur 20) die op het frame
in de buurt van de motor is gemonteerd, en de
brandstoffilter (A, figuur 3) bevindt zich onder de
bestuurdersstoel. De waterafscheider moet om de 25 uren
worden afgetapt of telkens wanneer water zichtbaar is in de
kolf. Vervang de beide brandstoffilters om de
400 bedrijfsuren of eerder indien nodig.
De motorkap aan de achterkant verwijderen:
U moet de motorkap aan de achterkant verwijderen om
toegang te krijgen tot de waterafscheider.
1. Zet de motor uit, activeer de parkeerrem, haal de sleutel
uit het contact en wacht tot alle bewegende delen tot
stilstand zijn gekomen.
2. Verwijder de opsluitbouten (A, figuur 19) van de
motorkap aan de achterkant.
3. Verwijder de motorkap aan de achterkant (B) door de
kap achteruit en weg van de machine te schuiven.
28
Dieselspecificaties
Diesel Fuel Specification
Nr. 2-D, Nr. 1-D, ASTM D975-94
No. 2-D, No. 1-D, ASTM D975-94
EN590.96
EN590:96
ISO 82-17 DMX
ISO 8217 DMX
BS2869-A1 of A2
BS2869-A1 or A2
JIS K2204 kwaliteit nr. 2
JIS K2204 Grade No. 2
KSM-2610
KSM-2610
GB252
GB252
Figuur 17. Tabel met dieselspecificaties
Figuur 18. De tank vullen
A. Brandstofdop
Gebruik geen kerosine in plaats van
diesel of een mix met dieselbrandstof.
Kerosine zal schade toebrengen aan de
motor.
Raadpleeg figuur 17 voor specifieke
aanbevelingen met betrekking tot de
brandstof.
Figuur 19. Motorkap aan de achterkant
A. Opsluitbouten van de motorkap aan de achterkant
B. Motorkap aan de achterkant
Locatie
Location
USA
USA
Europese Unie
European Union
Internationaal
International
Verenigd Koninkrijk
United Kingdom
Japan
Japan
Korea
Korea
China
China
A
B
A
www.ferrisindustries.com