Gebruik
Correct mulchen
Bij mulchen wordt een maaidek gebruikt dat het gras maait
en de snippers versnijdt tot kleine partikels om ze daarna
naar beneden IN het gazon te blazen. Die kleine partikels
verteren snel tot nevenproducten die uw gazon kan
gebruiken. IN JUISTE OMSTANDIGHEDEN zal u met uw
mulchmaaier nagenoeg geen zichtbare grassnippers zien op
het oppervlak van uw gazon.
OPMERKING: Wanneer u in zware maaiomstandigheden
mulcht, kan u een rommelend geluid horen. Dat is normaal.
MULCHEN VEREIST UITSTEKENDE
MAAIOMSTANDIGHEDEN
Mulchmaaiers kunnen niet naar behoren functioneren als
het gras nat is of als het gras gewoon te lang is om te
maaien. Om te mulchen moet het gras droog zijn en op de
juiste lengte worden gemaaid.
Gebruik uw maaier NIET als mulchmaaier tijdens de eerste
twee of drie maaibeurten in de lente. Door de lange
grassprieten, snelle groei en vaak natte omstandigheden is
veeleer aangewezen om uw maaier te gebruiken met
zijdelingse afvoerverspreiding of opvang van het gras in een
opvangzak.
MOTORSNELHEID EN RIJSNELHEID VOOR MULCHEN
Gebruik volgas voor uw motor in combinatie met een trage
rijsnelheid zodat de snippers fijn worden gesneden. Tijdens
het mulchen zou u maar HALF zo snel mogen rijden als u in
vergelijkbare omstandigheden zou doen bij zijdelingse
afvoerverspreiding. Omdat mulchen meer paardenkracht
vereist dan zijdelingse afvoerverspreiding is een tragere
rijsnelheid van cruciaal belang voor een correcte
mulchwerking.
HOEVEEL GRAS MULCHEN
De beste mulchwerking krijgt u doorgaans als u alleen de
bovenste 1 - 2 cm van de grasspriet maait. In dat geval krijgt
u korte snippers die gemakkelijk verteren. De ideale
maaihoogte is afhankelijk van het klimaat, de tijd van het
jaar en de kwaliteit van uw gazon. Wij raden u aan om met
de maaihoogte en de rijsnelheid te experimenteren tot u het
beste maairesultaat verkrijgt. Begin met een hoge
maaihoogte en verlaag de maaihoogte stap voor stap tot u
een maaihoogte vindt die het beste past bij uw
maaiomstandigheden en voorkeur.
Figuur 13. Mulchwerking
24
EEN AANHANGWAGEN
BEVESTIGEN
Het maximale gewicht van een gesleepte aanhangwagen
moet minder zijn dan 91 kg (200 lbs). Bevestig de
aanhangwagen met een trekhaakpen (A, figuur 14) en klem
(B) van de correcte grootte.
Het slepen van een te groot gewicht kan op hellingen tot het
verlies van tractie en controle over de zitmaaier leiden.
Verminder het gesleepte gewicht wanneer u op hellingen
werkt. De bodem waarop wordt gereden is van grote invloed
op de tractie en de stabiliteit. Op een natte of gladde bodem
kunnen de tractie en de mogelijkheid om te stoppen of te
draaien drastisch afnemen. Ga zorgvuldig de toestand van
de bodem na voor u uw zitmaaier met een aanhangwagen
gebruikt. Gebruik de zitmaaier NOOIT op hellingen van
meer dan 10°. Zie GEBRUIK OP HELLINGEN en
AANHANGUITRUSTING in het veiligheidshoofdstuk van
deze handleiding voor aanvullende veiligheidsinformatie.
A
B
Figuur 14. Aanbevolen aanhangergewicht
A. Trekhaakpen
B. Klem
www.ferrisindustries.com