GEVAAR
• GIFTIG! BEVAT ZUUR! VEROORZAAKT ERNSTIGE BRANDWONDEN - VERMIJDT CONTACT MET DE
HUID, DE OGEN OF DE KLEDING. TEGENGIFTEN:
-
UITWENDIG: SPOEL GEDURENDE 15 MINUTEN MET WATER. WAARSCHUW
ONMIDELLIJK EEN DOKTER.
-
INWENDIG: DRINK GROTE HOEVEELHEDEN MELK OF WATER, GEVOLGD DOOR
MAGNESIUMMELK OF PLANTAARDIGE OLIE. WAARSCHUW ONMIDELLIJK EEN DOKTER.
-
OGEN: SPOEL GEDURENDE 15 MINUTEN MET WATER. WAARSCHUW ONMIDELLIJK EEN DOKTER.
WAARSCHUWING
• DRAAG ALTIJD EEN VEILIGHEIDSBRIL OF EEN GOEDGEKEURDE OOGBESCHERMING WANNEER U
HET VOERTUIG ONDERHOUDT. GEBRUIK EEN VOLLEDIG GELAATSMASKER WANNEER U MET
BATTERIJEN WERKT.
• GEBRUIK BIJ HET WERKEN MET BATTERIJEN OF ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN ALTIJD GEÏSOLEERD
GEREEDSCHAP.
VOORZICHTIG
• SCHAKEL ALLE ACCESSOIRES UIT VOOR U DE BATTERIJEN LAADT.
De PowerDrive System 48 elektrische voertuigen zijn uitgerust met 8 volt batterijen met diepe cyclus, speciaal gemaakt voor
toepassing in elektrische voertuigen. Gebruik nooit autobatterijen.
Nieuwe batterijen geven pas hun volledige vermogen nadat ze 20 tot 25 keer zijn opgeladen en ontladen. Voor een maximale
levensduur van nieuwe batterijen, moet u een voertuig met nieuwe batterijen gedurende de twee eerste maanden na elk uur
gebruik opladen. Voor het eerste gebruik van een nieuw voertuig, voor het eerste gebruik na opslag van een voertuig en voor
het eerste dagelijkse gebruik moeten de batterijen volledig worden opgeladen.
ONDERHOUD VAN DE BATTERIJEN:
Houd de batterijen in goede staat door ze regelmatig als volgt te onderhouden:
1. Zorg dat de batterijen schoon en corrosievrij blijven. Was de bovenzijde en de polen eenmaal per week af met een
oplossing van natriumcarbonaat en water (1 kop natriumcarbonaat op 4,5 liter water). Spoel af met water.
(OPMERKING: laat de oplossing niet in de batterijen dringen). Controleer dat de kabels goed op de batterijpolen
aangesloten zijn. Laat drogen en bespuit met Club Car beschermspray voor batterijen (Club Car Battery Protector
Spray, onderdeel nr. 1014305).
2. Controleer het waterpeil van de batterijen wekelijks (zie figuur 32, pagina 47 voor het juiste niveau). Voeg alleen water
toe na het laden, tenzij het niveau tot onder de bovenzijde van de platen is gedaald. In dat geval voegt u net genoeg
water toe om de platen te bedekken. Laad de batterij en controleer het peil opnieuw. Laad de batterijen nooit wanneer
een gedeelte van de platen niet onder water staat. De batterijen zullen langer meegaan als u uitsluitend gedistilleerd
water gebruikt.
OPMERKING
• BIJ VEEL VERKOPERS VAN AUTO-ACCESSOIRES VINDT U SPECIALE PISTOLEN OF FLESSEN OM
BATTERIJEN BIJ TE VULLEN.
3. De bevestigingsriemen moeten zo strak zitten dat de batterijen niet bewegen wanneer het voertuig rijdt. Ze mogen
echter niet zo strak gespannen staan dat ze de batterijbehuizing doen barsten of vervormen. De torsie op de moeren
moet 4,0/5,1 N-m bedragen. De aansluitingsklemmen moeten schoon zijn en goed vastzitten. Vervang versleten
isolatie en versleten kabels. De torsie op de klemmen moet 14,1/16,4 N-m bedragen.
48