INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK
• Lees de handleiding en de waarschuwingen op het
dashboard voor u het voertuig bestuurt.
• Bestudeer de bedieningen en zorg dat u ze begrijpt.
• Zorg dat de wielen in de gewenste richting gedraaid zijn.
• Draai de contactsleutel in de "START" positie en kijk of uw weg vrij is.
• Terwijl het voertuig stilstaat, kiest u de rijrichting door de
Vooruit/Achteruit-schakelaar of -hendel in de gewenste stand te plaatsen.
F - Forward (Vooruit) N - Neutral (Vrijloop)
R - Reverse (Achteruit - u hoort een zoemer)
• Wanneer u het snelheidspedaal indrukt, zal het voertuig in beweging komen.
• Druk het snelheidspedaal langzaam in om de snelheid te verhogen.
Door het snelheidspedaal in te drukken, maakt u de parkeerrem los.
• Om te stoppen, laat u het snelheidspedaal los en drukt u de rempedaal in.
• Nadat het voertuig tot stilstand is gekomen, drukt u
het rempedaal krachtig in tot hij vergrendelt.
• Plaats de Vooruit/Achteruit-schakelaar in vrijloop.
Draai de contactsleutel in de "OFF" (UIT) positie en verwijder hem
wanneer het voertuig niet wordt gebruikt.
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
PEDAAL
PARKEERREM
ARMLEUNINGEN
HANDRELING
WAARSCHUWINGSSTICKER
PASSAGIER
(OP HANDRELING, NAAR
DE BANK GERICHT)
!
WAARSCHUWING
Het negeren van deze instructies kan ernstige
of dodelijke verwondingen veroorzaken.
. Blijf met heel uw lichaam in het
voertuig zitten. Houdt u altijd
vast aan de reling of de
handgreep van de bank.
. Niet meer dan twee personen
per bank.
. Kinderen NOOIT zonder toezicht
in het voertuig achterlaten.
. Ga nooit voor of achter het
voertuig staan.
CCI 1017057-01
6
CCI 1016216-01
REMPEDAAL
TOURALL ELEKTRISCH VOERTUIG
!
LEES EN RESPECTEER DEZE WAARSCHUWINGEN EN INSTRUCTIES
VOOR U HET VOERTUIG GEBRUIKT, OM ERNSTIGE OF DODELIJKE
VERWONDINGEN TE VOORKOMEN.
• Het voertuig mag alleen bestuurd worden vanaf de
bestuurdersplaats, door bevoegde personen en in specifieke
zones - niet op de openbare weg.
• Het voertuig NIET STARTEN vóór alle passagiers (maximum twee
(2) per bank) op hun plaats zitten.
• Blijf met heel uw lichaam in het voertuig zitten. Houdt u altijd
vast aan de reling of de handgreep van de bank.
• Vertraag in bochten en neem hellingen altijd in rechte lijn.
• Ga nooit voor of achter het voertuig staan.
• Het voertuig NIET besturen onder de invloed van alcohol of
verdovende middelen.
• Kinderen NOOIT zonder toezicht in het voertuig achterlaten.
WAARSCHUWINGSSTICKER
BESTUURDER/PASSAGIER
WAARSCHUWINGSLAMPJE
BATTERIJ
SNELHEIDSPEDAAL
• Bij het afdalen van een helling, met het snelheidspedaal
BELANGRIJKE
zachtjes ingedrukt, wordt de maximumsnelheid beperkt.
• Bij het loslaten van het snelheidspedaal zal het voertuig
OPMERKING
zachtjes remmen.
• Het systeem werkt alleen wanneer de sleepschakelaar in
DIT VOERTUIG IS VOORZIEN VAN
de positie "RIJDEN" staat.
EEN SNELHEIDSBEGRENZER
VOOR HET AFDALEN
• Bij het slepen van het voertuig moet de sleepschakelaar
VAN HELLINGEN
in de positie "SLEPEN" staan.
WAARSCHUWING
CCI 1019606-01
CONTACTSLOT
OFF
ON
AAN
UIT
SERIENUMMER
STICKER MOTORREM
(ALLEEN POWERDRIVE PLUS
VOERTUG)
CCI 1019599-01