Resetten van het veiligheidsysteem is uitsluitend mogelijk door de resetknop in te drukken. Deze is in de
schakelkast aangebracht.
De resetknop (DRZS) op de liftbesturing is vergrendelbaar met een hangslot. De ingebouwde meldlamp (LZS)
indiceert of het systeem al dan niet werkzaam is.
Statusuitlezing
In de schakelkast met de liftbesturing wordt de aangesproken status van het systeem geïndiceerd.
Staat u op het kooidak? De hendel op het kooidak indiceert de stand van die beweegbare pennen.
Staat u in de schachtput? Dan geven meldlampen LSR/LSR-A de stand van de beweegbare pennen aan.
4.3.9.3
Onderdelen en functies
Toezicht op toegangsdeuren
Elke schachtdeur of enig andere opening die toegang verschaft tot een zone waar de veiligheidsruimte beperkt
is. De schachtdeur is voorzien van een veiligheidscontact (KNET) op het noodontgrendelende
driekantsleutelmechanisme.
Opent u de schachtdeur handmatig en gebruikt u daarbij de driekantsleutel? Dan verbreekt dit contact nog
voordat de schachtdeur is ontgrendelt.
Gereduceerde vrije
ruimte
Lage schachtkop
Ondiepe put
Ondiepe schachtput en
lage schachtkop
Veiligheidsysteem
Opent een van de contacten KNET? Dan wordt het veiligheidscircuit onderbroken:
– Opent de veiligheidketen van de lift.
– Opent het circuit voor activering van de handmatige elektrische remopening.
– Normaal bedrijf uitschakelen.
– Meldlamp LZS licht op om aan te geven dat het systeem in de aangesproken status verkeert.
– Een rode meldlamp LSR-A – mits aanwezig en alsdan gesitueerd in de put – licht op in geval van
gereduceerde bodemvrijheden, wat erop wijst dat de beweegbare pennen zijn ingetrokken.
Het veiligheidsysteem kan uitsluitend opnieuw worden scherpgesteld nadat alle toezichtcontacten KNET zijn
gesloten en relais RFRZS is bekrachtigd. Het relais RFRZS kan uitsluitend worden bekrachtigd onder de
volgende omstandigheden:
– Resetknop DRZS is ingedrukt en bekrachtigt relais RRZS.
– Relais RRZS ontkoppelt de veiligheidketen van de liftbesturing en schakelt een deel van die veiligheidketen
over op relais RFRZS.
Als alle schachtdeuren zijn gesloten en vergrendeld (KTS/KV)
– De stopvoorzieningen in de schachtput (JHSG) en op het kooidak (JHC) werden niet bediend; uitgangen in
het kooidak zijn gesloten (KNA).
– De uitschuifbare balustrade (indien aanwezig) is geheel ingeschoven (KBC-A).
– Het systeem TSD21 bevindt zich in teruggetrokken stand (KSR-A).
– Het relais RFRZS staat onder spanning en stelt het bewakingscircuit terug.
Elk veiligheidscontact dat in dit gedeelte van de veiligheidketen is aangesloten, moet worden gesloten. Er wordt
geen toezicht gehouden op de kooideurcontact(en) (KTC) tijdens het resetten omdat de kooideur geopend kan
zijn.
Het tweede veiligheidscircuit is opgebouwd uit de relais RSR, RSR1 en RKSR. Dit veiligheidscircuit is
aangesloten op het veiligheidscontact KSR dat toezicht houdt op de verlengde stand van de beweegbare
bouten. De schakelaar wordt geopend wanneer de beweegbare bouten niet in de uitgeschoven stand staan. Als
dit circuit is ingeschakeld:
– wordt het circuit voor het activeren van het handmatig lossen van de elektrische rem, geopend door relais
RZS, RZS1 en RKZS, weer gesloten;
– wordt in geval van gereduceerde vrijheden aan de onderzijde de groene meldlamp LSR in de put geactiveerd
die de actieve en passieve stand van de beweegbare pennen indiceert.
Het circuit functioneert dankzij de noodvoeding van de liftbesturing, wat betekent dat het toezicht ook
functioneert als de netvoeding is afgeschakeld.
70 | 394
Schachtdeuren onder toezicht
Alle schachtdeuren die toegang geven tot het kooidak
Alle schachtdeuren hebben een afstand van minder dan 2,5 m tot de vloer van de
schachtput
Alle schachtdeuren
J 50900055_NL_03
Copyright © 2023 INVENTIO AG