► Verifieer of de kooi correct is gepositioneerd en wel afhankelijk van de hieronder genoemde voorwaarden:
– De kooi werd geïnspecteerd en de snelheidsbegrenzerhendel op het bedienmechanisme van het
vangmechanisme bevindt zich op het kooidak:
Plaats de kooi zo, dat het kooidak vanuit de bovenste verdieping betreden kan worden.
– De kooi werd geïnspecteerd en de snelheidsbegrenzerhendel op het bedienmechanisme van het
vangmechanisme bevindt zich onder de kooi:
Positioneer de kooi zo dat de snelheidsbegrenzerhendel vanuit de schachtput bereikbaar is
– Het contragewicht werd vanaf het kooidak geïnspecteerd:
Positioneer de kooi zo dat de snelheidsbegrenzerhendel vanaf het kooidak bereikbaar is.
– Het contragewicht werd vanuit de schachtput geïnspecteerd:
Positioneer de kooi zo dat de snelheidsbegrenzerhendel vanuit de schachtput bereikbaar is Voeg de
meegeleverde gewichten toe boven de kabelkoppeling.
► Licht de snelheidsbegrenzerhendel en zet die vast, zodat de snelheidsbegrenzerhendel in die stand blijft.
Verifieer of het vangmechanisme blijft aangrijpen.
► Neem de kabelkoppeling los van de snelheidsbegrenzerhendel.
► Voeg een extra gewicht toe boven de kabelkoppeling.
– Selecteer het gewicht zo dat een geleidelijke versnelling van de snelheidsbegrenzerkabel mogelijk is.
– Plaats gewichten, te beginnen met die met een massa van 1 ... 3 kg, boven de kabelkoppeling. Gebruik
geen andere gewichten dan de geleverde exemplaren.
► Inspecteert u vanuit de schachtput? Trek dan aan de kabelkoppeling met het extra gewicht; handel daarbij als
volgt:
– In geval van een nominale snelheid ≤ 1,75 m/s: ca. 3 m.
– Als de nominale snelheid > 1,75 m/s bedraagt: ongeveer 10 m.
► Houd de toerenteller tegen de snelheidsbegrenzerkabel.
► Laat de snelheidsbegrenzerkabel los. Laat de snelheidsbegrenzerkabel met het extra gewicht neerwaarts
versnellen totdat de snelheidsbegrenzer aanspreekt.
► Gebruik uw vrije hand om het opwaarts gaande deel van de kabel te grijpen.
► Schrijf de afgelezen waarde op en stel de snelheidsmeter weer terug.
► Herhaal deze procedure met de snelheidsbegrenzerkabel met het extra gewicht nog twee keer. Bereken het
gemiddelde van alle drie metingen.
► Vergelijk de gemiddelde waarde met de toelaatbare tolerantie van aanspreeksnelheid VCA, zoals vermeld in
de tabel.
► Neem het extra gewicht weg. Sluit het kabelkoppelstuk aan en ontgrendel de snelheidsbegrenzerhendel. Stel
zo nodig de veiligheidschakelaar op het vangmechanisme terug.
► Stel de snelheidsbegrenzer terug.
5.23.18 Vervangende onderdelen
Neem contact op met de monteur voor meer informatie over vervangende onderdelen.
186 | 394
J 50900055_NL_03
Copyright © 2023 INVENTIO AG