Functies van instrumenten en bedieningselementen
4. Steek het uitsteeksel aan de voorzijde
van het bestuurderszadel in zadelbe-
vestiging B zoals getoond.
1
2
3
2
1. Uitsteeksel
2. Zadelbevestiging B (voor hoge stand)
5. Lijn het uitsteeksel aan de onderzijde
van het bestuurderszadel uit met sleuf
"H" en druk dan zoals getoond de
achterzijde van het zadel omlaag om
te vergrendelen.
1. Uitsteeksel
2. Sleuf "H"
6. Installeer het duozadel.
Het bestuurderszadel in de lage stand
zetten
1. Verwijder het duozadel en het be-
stuurderszadel. (Zie pagina 3-27.)
2. Verwijder de afsteller voor de zadel-
hoogte door deze omhoog te trekken.
3. Plaats de afsteller voor de zadelhoog-
te van het bestuurderszadel door de
achterste uitsteeksels in de doorvoer-
rubbers te steken.
3-29
3
1
2
1. Afsteller hoogte bestuurderszadel
2. Uitsteeksel
3. Doorvoer
4. Steek het uitsteeksel aan de voorzijde
van het bestuurderszadel in zadelbe-
vestiging A zoals getoond.
2
2
1. Uitsteeksel
2. Zadelbevestiging A (voor lage stand)
1
2
3
1