aanduiding ingeschakelde versnelling
rijmodusweergave
TCS-weergave
informatieweergave
instelmodusweergave
WAARSCHUWING
Zorg dat de machine stilstaat voordat u
wijzigingen in de instellingen van de
multifunctionele meter gaat aanbren-
gen. Het aanbrengen van wijzigingen tij-
dens het rijden kan u afleiden en
vergroot het risico op een ongeval.
OPMERKING
De selectieschakelaar "
menuschakelaar "MENU" bevinden
zich links op het stuur. Met deze scha-
kelaars kunt u de instellingen van de
multifunctionele meter regelen of wij-
zigen.
QS vereist een accessoire en kan niet
worden geselecteerd.
De sleutel moet op "ON" staan om de
schakelaars en toetsen op het stuur te
kunnen bedienen.
Functies van instrumenten en bedieningselementen
DWA12423
1. Menuschakelaar "MENU"
2. Selectieschakelaar "
Snelheidsmeter
/
" en de
1. Snelheidsmeter
De snelheidsmeter geeft de rijsnelheid van
het voertuig aan.
1
2
/
"
1
3-6
OPMERKING
Zie pagina 3-11 voor het wisselen tussen
kilometers en mijlen.
Toerenteller
1
1. Toerenteller
2. Hogetoerenzone
Met de toerenteller kan de bestuurder het
motortoerental controleren en dit binnen
het ideale bereik houden.
Als de sleutel naar "ON" wordt gedraaid,
slaat de toerenteller uit tot het hoogste toe-
rental en keert daarna weer terug naar nul
om het elektrische circuit te testen.
LET OP
Laat de motor niet draaien in de hoge-
toerenzone van de toerenteller.
3
2
DCA23050