kunnen remmen.
⚫
Rijd langs de voorgeschreven route.
⚫
Houd de grond schoon en slipvrij.
Rear
Forward
Forward
Vertraging
–
Neem langzaam uw duim van de richtings- en snelheidsregelingsknoppen. De knoppen keren
automatisch terug naar de originele positie en de rijsnelheid zal afnemen.
7.4 Remmen
–
Neem langzaam uw duim van de richtings- en snelheidsregelingsknoppen. Breng de disselboom naar
het remgebied (B1 of B2) of in de verticale positie om de stapelaar af te remmen.
Opmerking
⚫
Als de disselboom langzaam of helemaal niet naar het remgebied gaat nadat u deze hebt
losgelaten, moet u de reden zoeken en de fout oplossen. Vervang de luchtveer indien dat nodig is.
7.5 Besturing
–
Houd de linker- en rechterhandgrepen van de disselboom vast en kantel de disselboom omlaag.
Draai de disselboom naar links en rechts om de stapelaar te draaien.
Wanneer de disselboom naar links wordt gedraaid, draait de stapelaar naar links.
Wanneer de disselboom naar rechts wordt gedraaid, draait de stapelaar naar rechts.
22
B1
F
B2
27
Rear