Wanneer stimulatiedrempels bepaald zijn voor de elektrode, kiest u een pulsgenerator met voldoende output om te kunnen
zorgen voor de gewenste energieveiligheidsmarge.
VOORZICHTIG
Bij gebruik van een percutane elektrode-introducer met hemostaseklep dient u ervoor te zorgen dat de klep een
goede doorgang voor de elektrode biedt zonder dat het elektrodelichaam beschadigd wordt.
Mogelijke ongewenste bijverschijnselen
Mogelijke complicaties die verband houden met het gebruik van linksventriculaire elektrodes zijn hetzelfde als bij het gebruik van
andere elektrodes, en omvatten, maar zijn niet beperkt tot de volgende verschijnselen:
Allergische reactie op contrastmiddel
Lichaamsafstotingsverschijnselen
Dissectie van hart/coronaire sinus
Perforatie van hart/coronaire sinus
Harttamponade
Trombose in coronaire sinus of coronaire ader
Overlijden
Endocarditis
Zware bloedingen
Hematoom/seroom
Geïnduceerde atriale of ventriculaire aritmie
Infectie
Losraken van de elektrode
Plaatselijke weefselreactie; vorming van fibrotisch weefsel
Verlies van stimulatie en/of waarneming als gevolg van losraken van of mechanische storingen in de stimulatie-elektrode
Irritatie van het myocard
Waarneming van myopotentiaal
Stimulatie van de borstspier- of middenrifzenuw of nervus phrenicus
Pericardiale effusie
Pericardiaal wrijven
Pneumothorax/hemothorax
Langdurige blootstelling aan fluoroscopische bestraling
Longoedeem
Nierfalen door contrastmiddel dat gebruikt wordt om coronaire aders te visualiseren
Verhoging van drempel en exit-blokkering
Trombo-embolie of luchtembolie
Beschadiging van kleppen.
Het maken van een sinus coronarius-venogram is uniek voor de plaatsing van elektroden in het bloedvatensysteem van het hart, en
brengt risico's met zich mee.
Mogelijke complicaties die gerapporteerd zijn bij directe punctie in de vena subclavia omvatten hemothorax, scheuren van de arteria
subclavia, arterioveneuze fistel, neurale schade, letsel aan borstbuis, cannulatie van andere vaten, hevige bloedingen, en in
zeldzame gevallen overlijden.
Gebruiksinformatie voor de arts
Training van artsen
Artsen dienen bekend te zijn met de plaatsing van linkerventrikelstimulatie-elektroden, steriele implantatieprocedures en follow-up
evaluatie.
In de volgende paragrafen worden de stadia van elektrode-implantatie beschreven. De beschreven procedures zijn slechts
aanbevelingen. De keuze van de implantatieprocedure wordt overgelaten aan het oordeel van de arts die de implantatie uitvoert.
Aanwijzingen voor gebruik
Voorbereiding van de elektrode
Het is belangrijk dat de arts die de implantatie uitvoert de mechanische werking van deze elektrode begrijpt voordat de chirurgische
ingreep plaatsvindt.
Er moet een geschikt katheterinvoersysteem gebruikt worden om plaatsing van de elektrode in de coronaire sinusvasculatuur te
vergemakkelijken.
Vóór de implantatie moet worden vastgesteld of de elektrode in de pulsgenerator past.
Invoeren van de elektrode
Een bloedvat selecteren en ingaan
Een van de veneuze routes die kan worden gebruikt, is de linker vena cephalica om de elektrode via een geschikt
katheterinvoersysteem door de sinus coronarius te voeren.
4