Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Flitscorrectie

Gebruik flitscorrectie om de geadviseerde flitssterkte van de camera aan te passen,
waardoor de helderheid van het hoofdonderwerp ten opzichte van de achtergrond
verandert. Kies uit waarden tussen –3 LW (donkerder) en +1 LW (helderder) in stappen
1
van
/
LW. Over het algemeen maken positieve waarden het onderwerp helderder terwijl
3
negatieve waarden het donkerder maken.
1
Plaats de cursor in het informatiescherm.
Als de opname-informatie niet wordt weergegeven in de monitor, druk dan op de
P-knop. Druk opnieuw op de P-knop om de cursor in het informatiescherm te
plaatsen.
t
2
Geef de opties voor flitscorrectie weer.
Markeer de huidige flitscorrectie in het
informatiescherm en druk op J.
3
Kies een waarde.
Markeer een waarde en druk op J. Om terug te
keren naar de opnamestand, drukt u de
ontspanknop half in.
De normale flitssterkte kan worden hersteld door de flitscorrectie in te stellen op ±0. De
flitscorrectie wordt niet ongedaan gemaakt wanneer de camera wordt uitgeschakeld.
72
Informatiescherm
P-knop

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave