Picture Control
Dankzij het unieke Picture Control systeem van Nikon kunt u beeldbewerkinginstellingen
inclusief verscherping, contrast, helderheid, verzadiging en tint delen met compatibele
apparaten en software.
Selecteer een Picture Control
De camera biedt zes Picture Controls. In de standen P, S, A en M kunt u een Picture Control
kiezen die past bij het onderwerp of het soort opname (in andere standen selecteert de
camera automatisch een Picture Control).
Optie
Standaardverwerking voor evenwichtige resultaten. Aanbevolen voor de meeste
Q Standaard
situaties.
Minimale verwerking voor natuurlijke resultaten. Kies deze optie voor foto's die
R Neutraal
later uitgebreid zullen worden bewerkt of geretoucheerd.
Foto's worden verbeterd voor een levendig fotoprint-effect. Kies deze optie voor
S Levendig
foto's met voornamelijk primaire kleuren.
T Monochroom Voor het nemen van monochrome foto's.
Geeft een natuurlijke textuur en een egaal gevoel van de huid bij het verwerken
e Portret
van portretten.
f Landschap
Voor levendige landschappen en stadsgezichten.
1
Plaats de cursor in het informatiescherm.
Als de opname-informatie niet wordt weergegeven in de monitor, druk dan op de
P-knop. Druk opnieuw op de P-knop om de cursor in het informatiescherm te
plaatsen.
2
Geef de Picture Controls weer.
Markeer het gewenste type Picture Control en druk
op J.
3
Selecteer een Picture Control.
Markeer een Picture Control en druk op J. Om
terug te keren naar het informatiescherm, drukt u
de ontspanknop half in.
Informatiescherm
Beschrijving
P-knop
t
91