Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veiligheidsinstructies Bij Reparaties - Carrier 30XW-PZE0301 Montagehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

1 - INLEIDING
CONTROLES TIJDENS DE WERKING:
Belangrijke informatie over het gebruikte koudemiddel:
Standaardeenheid:
- Vloeistoftype: R-1234ze(E) (HFO-gas).
- Aardopwarmingsvermogen (GWP) < 1 (bron IPCC-
beoordelingsrapport 5).
Dit product met optie 330 bevat HFK-koudemiddel dat onder
het Kyoto-protocol valt.
Unit met optie 330:
- Vloeistoftype: R-515B,
- Global Warming Potential (GWP): 293 (bron: IPCC Fourth
Assessment Report).
Deze koudemiddelen zijn ingedeeld als groep 2 "niet gevaarlijk"
overeenkomstig de criteria van het Drukvatenbesluit (PED)
2014/68/EG.
LET OP:
• Het koudemiddel R-515B in dit product moet worden
behandeld in overeenstemming met Verordening nr.
517/2014 betreffende gefluoreerde broeikasgassen en
eventuele andere geldende lokale wetgeving.
• Zorg dat koudemiddel gedurende installatie, onderhoud
of verwijdering van de apparatuur nooit kan ontsnappen
naar de atmosfeer.
• Het opzettelijk lozen van koudemiddel in de atmosfeer
is ten strengste verboden.
• Wanneer een koudemiddellek wordt geconstateerd,
moet dit lek zo snel mogelijk worden gerepareerd.
• Alleen gekwalificeerd en gecertificeerd personeel mag
installatie- en onderhoudswerkzaamheden en de lektest
van het koudemiddelcircuit uitvoeren of de apparatuur
verwijderen en het koudemiddel terugwinnen.
• Het terugwinnen van koudemiddel voor recycling,
regeneratie of vernietiging is voor rekening van de klant.
• De klant moet periodieke lektests uitvoeren.
In de Europese Unie zijn deze verplicht volgens artikel 2 van
verordening (EU) nr. 517/2014, waarin ook de frequentie ervan is
aangegeven. De onderstaande tabel toont deze frequentie, zoals
oorspronkelijk gepubliceerd in de verordening.
Controleer of ook een inspectiefrequentie is voorgeschreven door
andere verordeningen of normen die voor uw systeem gelden
(bijv. EN 378, ISO 5149, enz.).
Systeem ZONDER
Geen
lekdetectie
controle
Systeem MET
Geen
lekdetectie
controle
Koudemiddelvulling/
< 5 ton 5 ≤ vulling
circuit (CO
-equivalent)
2
R-32 (GWP 675) Vulling <
7,4 kg
R-134A
vulling <
(GWP 1430)
3,5 kg
R-407C
vulling <
(GWP 1774)
2,8 kg
R-410A
vulling <
(GWP 2088)
2,4 kg
R-515B (GWP
Vulling <
293)
17,1 kg
HFO's:
R-1234ze(E)
*
Met ingang van 1 januari 2017 moeten de klantinstallaties zijn uitgerust met een
lekdetectiesysteem.
8
12
6
maanden 3 maanden
maanden
24
12
maanden 6 maanden
maanden
5 ≤ vulling
vulling >
< 50 ton
< 500 ton
500 ton
74,1 ≤
7,4 ≤ vulling
Vulling >
vulling <
< 74,1 kg
740,7 kg
740,7 kg
3,5 ≤
34,9 ≤
vulling >
vulling <
vulling <
349,7 kg
34,9 kg
349,7 kg
2,8 ≤
28,2 ≤
vulling >
vulling <
vulling <
281,9 kg
28,2 kg
281,9 kg
2,4 ≤
23,9 ≤
vulling >
vulling <
vulling <
239,5 kg
23,9 kg
239,5 kg
17,1 ≤
170,6 ≤
Vulling >
vulling <
vulling <
1706,5 kg
170,6 kg
1706,5 kg
niet vereist
• Voor systemen die een dichtheidscontrole vereisen
moet een logboek worden bijgehouden. Dit moet de
volgende informatie bevatten: de hoeveelheid en het
type van het koudemiddel dat in de installatie aanwezig
is (toegevoegd en teruggewonnen), de hoeveelheden
gerecycled, geregenereerd en vernietigd koudemiddel,
de datum en het resultaat van de lektest, de naam van
de operator en van het bedrijf waarvoor hij werkt, enz.
• Neem bij eventuele vragen contact op met uw lokale
dealer of installateur.
CONTROLE VAN DE BEVEILIGINGEN:
• Periodieke inspecties van de veiligheidsinrichtingen
en externe overdrukventielen moeten worden uitgevoerd
in overeenstemming met de nationale verordeningen.
De veiligheidsinrichting moet tenminste eenmaal per
jaar worden getest teneinde de goede werking en
inschakelwaarde te verifiëren.
De onderneming of organisatie die een drukschakelaartest uitvoert
moet een gedetailleerde procedure vaststellen en implementeren
voor de vastlegging van:
• Veiligheidsmaatregelen.
• Kalibratie van de meetapparatuur.
• Validatie van de werking van de beveiligingsapparaten.
• Testprotocollen.
• Het opnieuw inbedrijfstellen van de apparatuur.
Een voorbeeld van een testprocedure zonder verwijderen van
de pressostaat is geeven in sectie 12.8 van deze handleiding.
Raadpleeg de serviceafdeling van Carrier voor dit soort tests.
LET OP: Indien de test leidt tot vervanging van de
drukschakelaar moet het koudemiddel worden afgepompt.
Deze drukschakelaars zijn niet op automatische ventielen
(Schraeder-type) gemonteerd.
Inspecteer ten minste eens per jaar grondig de beveiligingen
(ventielen). Als de unit is opgesteld in een vochtige omgeving, dan
moeten ze vaker worden gecontroleerd.
oer regelmatig lektests uit en repareer eventuele lekken
onmiddellijk (volgens de lokale voorschriften)
Controleer regelmatig of de trillingsniveaus binnen aanvaardbare
grenzen en dichtbij die van de oorspronkelijke inbedrijfstelling van
de unit blijven.
Vervang het koudemiddel wanneer er apparatuurstoringen zijn.
Als het koudemiddelcircuit na een interventie (zoals de vervanging
van een onderdeel) langer dan een dag open blijft, moeten de
openingen worden gedicht en moet het circuit met stikstof worden
gevuld (inertieprincipe). Dit moet voorkomen dat vocht uit de
atmosfeer binnendringt en daardoor corrosie ontstaat op de
(1)
inwendige wanden en op onbeschermde stalen oppervlakken.

1.4 - Veiligheidsinstructies bij reparaties

De monteurs die werken aan de unit moeten zijn uitgerust met de
beschermingen zoals genoemd in hoofdstuk 1.3 hiervoor.
Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen en een
detector van explosieve atmosferen zijn verplicht.
De isolatie moet worden verwijderd en de opwarming moet worden
beperkt met behulp van een vochtige doek.
Controleer altijd of het circuit is ontlucht voordat de unit wordt geopend.
Als werkzaamheden aan de verdamper moeten worden uitgevoerd, zorg
dan dat de leidingen van de compressor niet meer onder druk staan
(omdat het ventiel in de compressorrichting niet lekdicht is).
Alle onderdelen van de installatie moeten door de verantwoordelijke
personen goed worden onderhouden om schade en lichamelijk
letsel te voorkomen. Storingen en lekkages moeten onmiddellijk
worden verholpen. De verantwoordelijke technicus draagt de
verantwoordelijkheid voor onmiddellijk herstel van de storing.
Telkens wanneer aan de unit reparaties zijn uitgevoerd, moet de
werking van de beveiligingsinrichtingen opnieuw worden
gecontroleerd.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave