10 - BELANGRIJKE SYSTEEMONDERDELEN EN BEDRIJFSGEGEVENS
10.1 - Direct aangedreven twin-rotor
compressor met variabele capaciteit regelschuif
De eenheid gebruikt 06T twin-rotor compressoren en zijn voorzien
van een variabele capaciteitsregelschuif voor een continue
regeling tussen 15% of 30% en 100% van de vollast.
10.1.1 - Oliefilter
De 06T schroefcompressor heeft een eigen oliefilter.
10.1.2 - Koudemiddel
De eenheid is een vloeistofkoeler die werkt met koudemiddel
R-1234ze(E) (standaard) of R-515B (optie 330).
10.1.3 - Smering
De 06T-schroefcompessor is goedgekeurd voor gebruik met het
volgende smeermiddel: CARRIER-MATERIAALSPEC. PP 47-38.
10.1.4 - Magneetklep voor de olievoorziening
De compressor is standaard uitgerust met een magneetklep voor
de olievoorziening. Deze is gemonteerd in de olieretourleiding.
Hiermee kan de compressor worden geïsoleerd van de oliestroom
wanneer de compressor niet werkt. De oliemagneetklep kan voor
service doeleinden worden vervangen.
10.1.5 - Capaciteitsregelingssysteem
De 06T-schroefcompressor heeft een capaciteitsregeling die
standaard is op alle compressoren. Deze capaciteitsregeling
bestaat uit een regelschuif waarmee de lengte geregeld kan
worden van de schroef die wordt gebruikt voor het samenpersen
van het koudemiddel. Deze schuif wordt verplaatst door een zuiger
die wordt aangestuurd door twee magneetkleppen op de
olieretourleiding.
10.1.6 - Zuigafsluiter (optie 92)
Er kan een service-afsluiter worden toegevoegd om het onderhoud
aan de compressor te vergemakkelijken. Deze klep kan alleen
bediend worden als er geen drukverschil is aan weerszijden van
deze klep.
10.2 - Drukvaten
Algemeen
Toezicht tijdens de werking, herkwalificering, hertesten en
vrijstelling van hertesten:
• Houd u aan de voorschriften die gelden voor het toezicht
op apparatuur onder druk.
• De gebruiker of operator wordt geacht een inspectie- en
onderhoudslogboek bij te houden.
• Als er geen voorschriften zijn of als aanvulling op de
voorschriften, houdt u de controleprogramma's aan van EN
378.
• Houd u aan de lokale aanbevelingen van de bedrijfstak, als
deze er zijn.
• Inspecteer regelmatig de staat van de coating (verf) om
afbladdering als gevolg van corrosie te detecteren. Doe dit
door een niet-geïsoleerd deel van het vat te controleren op
roestvorming bij de isolatieverbindingen.
• Controleer de warmtewisselaarvloeistof regelmatig op
verontreiniging (bijv. siliciumkorreltjes). Deze verontreinigingen
kunnen slijtage of corrosie veroorzaken door pitvorming.
• Filter de koelvloeistof en voer de inwendige inspecties uit
die beschreven zijn in EN 378.
• In geval van hertesten raadpleegt u de maximum werkdruk
die op de kenplaat van de unit staat.
• De rapporten van de periodieke controles door de gebruiker
of het bedienend personeel moet worden opgenomen in
het service en onderhoudsdossier.
26
Reparatie
Elke reparatie, met inbegrip van het vervangen van bewegende
delen:
• Moet worden gedaan volgens de lokale voorschriften en
door gekwalificeerde technici en in overeenstemming met
gekwalificeerde procedures, met inbegrip van het vervangen
van de warmtewisselaarpijpen.
• Moet worden gedaan in overeenstemming met de instructies
van de originele fabrikant. Reparaties en wijzigingen
waarvoor een permanente montage nodig is (solderen,
lassen, uitbreiding enz..) moeten worden gedaan met
gebruikmaking van de juiste procedures en door
gekwalificeerde technici.
• Elke wijziging of reparatie moet worden vermeld in het
inspectie- en onderhoudslogboek.
Recycling
De unit is in zijn geheel of gedeeltelijk te recyclen. Na gebruik
bevat hij koudemiddeldampen en olieresten. Hij is met verf bedekt.
Levensduur
De verdamper en olieafscheider zijn ontworpen voor:
• Langdurige opslag van 15 jaar onder een stikstofvulling met
een temperatuurverschil van 20K per dag.
• 452000 cycli (opstarts) met een maximum verschil van 6 K
tussen twee aangrenzende punten in het vat, gebaseerd
op 6 opstarts per uur gedurende 15 jaar en een
gebruikspercentage van 57%.
Corrosietoeslagen
Gaszijde: 0 mm
Warmtetransportmediumzijde: 1 mm voor buisplaatwerk van
lichtgelegeerd staal, 0 mm voor roestvast staalplaat of plaat met
bescherming van koper-nikkel of roestvast staal en 1 mm voor
waterbox.
Gelakte onderdelen: 0 mm
Wanneer enig deel van de component (met 0 mm acceptabele
corrosie) corrosie vertoond, vervang de component.
10.2.1 - Verdamper
30XW-ZE koude-units gebruiken en multipijp badverdamper. Het
water circuleert in het leidingstelsel en het koudemiddel is daarbuiten
in de shell. Voor beide koudemiddelcircuits wordt één vat gebruikt.
Er is een centraal leidingrooster dat de beide koudemiddelcircuits
scheidt. De leidingen zijn van koper en hebben een diameter van
3/4 inch met een vergroot oppervlak binnen en buiten.
Er is één watercircuit met twee waterpasseringen (een passering
met optie 100C, zie hoofdstuk 7.5).
De verdampershell heeft een thermische isolatie van mm
polyurethaanschuim en een waterafvoer en ontluchter.
Hij is getest en gestempeld in overeenstemming met de
toepasselijke druknormen. De maximum standaard relatieve
bedrijfsdruk is 2100 kPa voor de koudemiddelzijde en 1000 kPa
voor de waterzijde. Deze drukken kunnen verschillen afhankelijk
van welke norm is toegepast. De wateraansluiting van de
warmtewisselaar is een Victaulic-aansluiting.
De producten die eventueel worden gebruikt voor de warmte-
isolatie van de vaten bij het aansluiten van de waterleidingen
moeten chemisch neutraal zijn ten opzichte van de materialen en
coatings waarop zij worden aangebracht. Dit is ook het geval voor
de originele producten van Carrier.