10 - BELANGRIJKE SYSTEEMONDERDELEN EN BEDRIJFSGEGEVENS
10.2.2 - Condensor en olieafscheider
De 30XW-ZE koelmachine gebruikt een warmtewisselaar die een
combinatie is van een condensor en olieafscheider. Deze is
gemonteerd onder de verdamper. Persgas verlaat de compressor
en stroomt door een externe geluiddemper naar de olieafscheider,
het bovenste gedeelte van de warmtewisselaar. Het gaat de
bovenkant van de afscheider in, waar olie wordt verwijderd, en
stroomt vervolgens naar het onderste gedeelte van het vat, waar
gas wordt gecondenseerd en onderkoeld. Voor beide
koudemiddelcircuits wordt één vat gebruikt. Er is een centraal
leidingrooster dat de beide koudemiddelcircuits scheidt. De pijpen
hebben een inwendige diameter van 3/4" of 1" diameter en aan
de buitenkant koperen pijpen met lamellen.
Er is één watercircuit met twee waterpasseringen (een passering
met optie 102C, zie hoofdstuk 7.5). Voor de warmtemachine kan
de condensormantel zijn voorzien van een thermische isolatie van
polyurethaanschuim (optie 86), een wateraftap en ontluchter.
Hij is getest en afgestempeld in overeenstemming met de
toepasselijke druknormen. De maximum standaard relatieve
bedrijfsdruk is 2100 kPa voor de koudemiddelzijde en 1000 kPa
voor de waterzijde. Deze drukken kunnen verschillen afhankelijk
van welke norm is toegepast. De wateraansluiting van de
warmtewisselaar is een Victaulic-aansluiting.
10.2.3 - Economisering (afhankelijk van het model)
De economiser-functie bestaat uit een vloeistofleiding met klep,
een filterdroger, twee elektronische expansieventielen (EXV's),
een platenwarmtewisselaar en beveiligingsinrichtingen.
Bij de condensoruittrede wordt een deel van de vloeistof geëxpandeerd
via het secundaire expansieventiel in een van de warmtewisselaarcircuits
en keert dan terug als gas. Door deze expansie kan de
vloeistofonderkoeling van de rest van de stroom die via het
hoofdexpansieventiel naar de verdamper gaat, toenemen. Dit vergroot
het koelvermogen van het systeem en het rendement ervan.
10.3 - Detectie van luchtdruk elektrische
schakelkast
De elektrische schakelkast is uitgerust (met uitzondering van
eenheden met optie 330) met een functie voor de detectie van de
luchtdruk. Deze bestaat uit een drukverschilsensor die een signaal
aan een spanningsrelais afgeeft. Deze functie waarborgt dat de
druk in de kast altijd hoger is dan 5 Pa om te voorkomen dat
koudemiddel de kast binnendringt. Het is bedoeld om de eenheid
te stoppen of het starten te verhinderen wanneer het drukverschil
tussen de druk binnen en buiten de kast minder is dan de
grenswaarde. Dit kan optreden:
- Wanneer de koelventilator van de elektrische kast niet werkt
of wanneer de inlaat- of uitlaatopeningen verstopt raken.
- Wanneer het kanaal voor de verseluchttoevoer naar de kast
(zie §1 p6) te veel weerstand geeft of vervuild is.
Wanneer de kast niet voldoende dicht is (let vooral op de
vermogensprintplaat en de kabelwartels).
Grijze tekst geldt niet voor eenheden die zijn uitgerust met optie 330 (lage GWP A1 R-515B koudemiddel)
10.4 - Elektronisch expansieventiel (EXV)
Het expansieventiel is voorzien van een stappenmotor (2785 tot 3690
stappen, afhankelijk van het model) die wordt geregeld via de EXV-print.
Het expansieventiel is ook voorzien van een kijkglas voor het
controleren van de beweging van het mechanisme en de
aanwezigheid van de vloeistofpakking.
10.5 - Vochtindicator
Bevindt zich in het expansieventiel, geeft inzicht in de
koudemiddelvulling van de unit en geeft de aanwezigheid van vocht
in het circuit aan. Als er belletjes in het kijkglas zichtbaar zijn, dan
duidt dit op onvoldoende koudemiddel of de aan-wezigheid van
niet-condenseerbare gassen in het systeem. Bij aanwezigheid van
vocht verandert de kleur van de indicator in het kijkglas.
10.6 - Filterdroger
De filterdroger houdt het circuit schoon en vrij van vocht. Het
kijkglas geeft aan wanneer de cassette in de filterpatroon moet
worden vervangen. Een temperatuurverschil tussen de intrede en
uittrede van de filterdroger geeft aan dat de droger vervuild is.
10.7 - Opnemers
De unit gebruikt thermistors voor het meten van de temperatuur
en drukopnemers voor het controleren en regelen van de
systeemwerking (zie de SmartVu
gedetailleerde uitleg).
10.8 - SRMCR hogedrukveiligheidscircuit
10.8.1 - Algemene beschrijving
De machine is uitgerust met een hogedrukveiligheidscircuit
genaamd Safety Related Measurement Control and Regulation
(SRMCR), dat is samengesteld uit:
- 2 hogedrukschakelaars (HPS) met handbediende reset,
geplaatst op de uittrede van elke compressor:
• Een pressostaat type PZH.
• Een pressostaat type PZHH.
- Een besturingsrelais op de compressorprintkaart.
- Tw e e v e r m o g e n s m a g n e e t s c h a k e l a a r s v o o r d e
hoofdcompressor.
Zie het bedradingsschema en de pakbon van de machine voor
identificatie en verwijzingen.
Dit veiligheidscircuit is ontworpen conform EN 61508 voor:
SIL (Safety Integrity Level) niveau: 2
Vraagmodus: hoog en laag
Bedrijfstijd: 20 jaar.
Periodieke test: het functioneren van het veiligheidscircuit moet
tenminste eenmaal per jaar worden getest.
Control IOM voor een meer
TM
27