Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Hach BioTector B7000 online TOC/TN Bedienings- En Onderhoudshandleiding pagina 15

Verberg thumbnails Zie ook voor BioTector B7000 online TOC/TN:
Inhoudsopgave

Advertenties

Bericht
11_CO2 ANALYZER
FAULT (storing CO2-
analyser)
12_HIGH CO2 IN
O2 (hoge CO2 in O2)
13_SMPL VALVE SEN
SEQ (sensorvolgorde
monsterklep)
14_SAMPLE VALVE
SEN1 (monsterklep
sen1)
15_SAMPLE VALVE
SEN2 (monsterklep
sen2)
16_SAMPLE VALVE
SEN3 (monsterklep
sen3)
Tabel 3 Systeemstoringen (vervolg)
Beschrijving
De CO
-analyser werkt niet naar
2
behoren.
Er is een hoog CO
2-gehalte
zuurstofgas van de ingang.
De sensoren van de monsterklep werken
in een verkeerde volgorde. De sensoren
van de monsterklep moeten de volgorde
Sensor 1, 2 en 3 hebben.
Sensor 1, 2 of 3 van de monsterklep
heeft de stand van de klep niet
weergegeven.
Oorzaak en oplossing
Controleer de 24V DC-ingangsvoeding naar de CO
analyser vanaf het moederbord (draden 101 en 102).
Raadpleeg
voor de locatie van de
Controleer het signaal van de CO
CO
-analyser en reinig de lenzen.
2
Verwijder defecte onderdelen en schakel vervolgens de
stroomtoevoer van de analyser in.
Raadpleeg voor meer tests het informatieblad T019.
Problemen met de BioTector CO2-analyser
oplossen.
in het
Selecteer Selecteer > MAINTENANCE (onderhoud) >
DIAGNOSTICS (diagnose) > SIMULATE (simuleren) >
OXIDATION PHASE SIM
(oxidatiefasesim.).MAINTENANCE
(onderhoud)DIAGNOSTICS (diagnostiek)SIMULATE
(simuleren)OXIDATION PHASE SIM (sim oxidatiefase)
Als de CO
300 ppm, controleer dan de zuurstofzuiverheid.
Onderzoek de zuurstofgasingang en de
zuurstofconcentrator, indien van toepassing.
Stel vast of er CO
zuurstoftoevoer is. Raadpleeg Examine the oxygen
supply (De zuurstoftoevoer controleren) in de
Installation and Operation Manual (Installatie- en
bedieningshandleiding).
Als de zuurstofzuiverheid voldoende is, opent u de
CO
-analyser en reinigt u de lenzen. Vervang de CO
2
analyserfilters als het probleem blijft bestaan.
Controleer of de storingen 14_SAMPLE VALVE
SEN1 (monsterklep sen1), 15_SAMPLE VALVE
SEN2 (monsterklep sen2) of 16_SAMPLE VALVE
SEN3 (monsterklep sen3) zijn opgetreden.
Controleer zekering F6 op de relaisprintplaat. Selecteer
MAINTENANCE (onderhoud) > DIAGNOSTICS
(diagnose) > SAMPLE VALVE (monsterklep).
Controleer de werking van de monsterklep. Controleer
de bedrading van de monsterklepsensor.
Controleer zekering F6 op de relaisprintplaat. De
monsterklepsensoren werken niet naar behoren of er is
een oriëntatieprobleem. Controleer de bedrading op de
klepplaat en op de signaalprintplaat. Raadpleeg
Onderdelen van de regelkast
locatie van de
Controleer de sensorsignalen. Controleer led's 12,
13 en 14 op de signaalprintplaat en DI01, DI02 en
DI03 in het menu DIGITAL INPUT (digitale ingang).
Selecteer MAINTENANCE (onderhoud) >
DIAGNOSTICS (diagnostiek) > INPUT/OUTPUT
STATUS (in-/uitgangsstatus) > DIGITAL INPUT
(digitale ingang). Raadpleeg
regelkast
Vervang de klepassemblage.
Problemen oplossen
Onderdelen van de regelkast
-analyser. Open de
2
-waarde op het display hoger is dan 250 tot
2
-verontreiniging in de
2
op pagina 39 voor de
Onderdelen van de
op pagina 39 voor de locatie van de plaat.
-
2
op pagina 39
-analyser
2
-
2
13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave