Grundfos UPE 2000 Series Instructies pagina 25
Verberg thumbnails
Zie ook voor UPE 2000 Series:
- Installatie- en bedieningsinstructies (34 pagina's) ,
- Installatie- en bedieningsinstructies (10 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
8. Storingsanalysetabel
Voordat u het deksel van de klemmenkast verwijdert, dient u ervoor te zorgen dat de voedingsspan-
ning naar de pomp ten minste 5 minuten is afgeschakeld. De spanning naar een eventueel storings-
signaalmoduul moet ook zijn afgeschakeld.
Het medium in de pomp kan kokendheet zijn en onder hoge druk staan. Voordat enig component van
de pomp mag worden verwijderd, dient het systeem te zijn afgetapt of dienen de afsluiters aan beide
zijden van de pomp te zijn afgesloten.
Storing
De pomp werkt niet.
Geen van de signaal-
lampjes brandt.
De pomp werkt niet.
Het groene signaal-
lampje knippert.
De pomp is gestopt
als gevolg van een
storing.
Het rode signaal-
lampje brandt, het
groene signaal-
lampje is uit.
Overmatig geluid in
het systeem.
Het groene signaal-
lampje brandt.
Overmatig geluid in
de pomp.
Het groene signaal-
lampje brandt.
Oorzaak
Er is een zekering in de installatie door-
gebrand.
De aardlekschakelaar of de spannings-
gestuurde aardlekschakelaar heeft de pomp
uitgeschakeld.
Storing in de voedingsspanning (bijv. over- of
onderspanning).
De pomp is defect.
De pomp is op een van de onderstaande ma-
nieren uitgeschakeld:
1. Via de toets "–".
2. Via de afstandsbediening R100.
3. Externe aan/uit-schakelaar in positie 'uit'
(uitbreidingsmoduul).*
4. Via een bussignaal (busmoduul).*
* De storing is tijdelijk te verhelpen door pompbedrijf volgens max. capaciteitscurve
te selecteren op de pomp of met de afstandsbediening R100. In dat geval worden
externe commando's genegeerd.
De pomp is gestopt als gevolg van een te
hoge omgevings- of mediumtemperatuur.
Pomp geblokkeerd en/of verontreinigd.
Lucht in het systeem.
De volumestroom is te hoog.
De druk is te hoog.
Lucht in de pomp.
De inlaatdruk is te laag.
Oplossing
Vervang de zekering.
Zet de aardlekschakelaar weer in be-
drijf.
Controleer of de voedingsspanning
binnen de gestelde grenzen ligt.
Vervang de pomp.
1. Start de pomp door op "+" te druk-
ken.
2. Start de pomp met de R100 of door
op "+" te drukken.
3. Zet de aan/uit-schakelaar op
'aan'.*
4. Start de pomp via het bussignaal.*
Controleer of de omgevings- en de
mediumtemperatuur binnen het aan-
gegeven bereik vallen.
Verwijder de ontluchtingsschroef.
Verdraai de rotor m.b.v. een schroe-
vendraaier in de sleuf van het asuit-
einde en/of demonteer de pomp en
maak deze schoon.
Ontlucht het systeem.
Verlaag de opvoerhoogte (gewenste
waarde) en schakel eventueel over
op toerenregeling op basis van con-
stant drukverschil.
Verlaag de opvoerhoogte (gewenste
waarde) en schakel eventueel over
op toerenregeling op basis van druk-
verschil met leidingweerstandcom-
pensatie.
Ontlucht de pomp.
Verhoog de inlaatdruk en/of contro-
leer de gasdruk in het expansievat
(indien aanwezig).
197
Advertenties
Inhoudsopgave
