Zone 3: Bidirectionele uitlijning voor optimizer en overcoat
Zone 4: Uitlijning van printkop-naar-printkop voor optimizer en overcoat
Kleurkalibratie
Met kleurkalibratie kan uw printer consistente kleuren produceren met een bepaald substraattype, zelfs als
printkoppen, inktpatronen en omgevingscondities veranderen.
Kleurkalibratie stelt de inktbeperking en linearisatie in, die verschilt met het gewicht van de printkop. Deze
kalibratie is ontworpen om consistentie te leveren naarmate de printkop veroudert (valgewichtsdegradatie) en
tussen verschillende printers. Om bijvoorbeeld een maximale cyaandichtheid van 0,6 te bereiken, kan een de ene
printkop 3 druppels nodig hebben, terwijl de ander 3,5 druppels vereist (lager valgewicht).
Er zijn geen fabrieksreferenties voor kleurkalibratiewaarden in de printer of in de voorinstellingen voor generieke
substraatprofielen de eerste kalibratie voor elke substraat stelt de kleurreferentie voor toekomstige kalibraties
in. De toekomstige kalibraties zullen daarom proberen om de kleuren van de eerste kalibratie te matchen. Op
deze manier behoudt u consistentie naarmate de printkop ouder wordt.
Een gezonde toestand van de sproeikoppen is belangrijk en de printkoppen moeten ook zo nieuw mogelijk zijn
voor de beste prestaties wanneer u kalibreert.
Het is ook belangrijk dat de printkoppen goed zijn uitgelijnd (zie
ervoor te zorgen dat het substraat goed wordt doorgevoerd (zie
op pagina
132), anders kan het kleurenpatroon vaag of met lichtelijk afwijkende kleuren worden weergegeven.
OPMERKING:
poreus en breder dan 61 cm zijn.
Voor onbuigzame substraten
1.
Om de kleurkalibratie vanaf de Internal Print Server te starten, tikt u op
appbalk en selecteert u het substraat dat u wilt kalibreren in de lijst aan de linkerkant. Zodra u uw substraat
in het midden van het scherm kunt zien, tikt u op
en de kleurkalibratie wordt gestart.
2.
Wanneer het testschema is afgedrukt, tikt u op Kleurreferentie laden of scannen en laadt u het afgedrukte
schema in de printer.
TIP:
afdrukken. Om dit te doen, raden we u aan om de optie Automatisch meten in beide gevallen in te
schakelen.
128 Hoofdstuk 8 Printer kalibreren
Substraten kunnen alleen in kleur worden gekalibreerd als ze gekloond, wit, ondoorzichtig, niet-
Het is het beste om het schema opnieuw te laden in dezelfde positie waarin deze zich bevond bij het
De printkoppen uitlijnen op pagina
Substraatdoorvoercompensatie
Substraatbibliotheek in de
en daarna op Bewerken > Kleurreferentie afdrukken
119) en om
NLWW