Download Print deze pagina

HP Latex R1000 printer Series Gebruikershandleiding pagina 133

Advertenties

De optimalisatieprintkop uitlijnen
De optimalisatie- en overcoatinkt is transparant en daardoor niet gemakkelijk te zien. Om het beter zichtbaar te
maken, is er een achtergrond van samengestelde inkt bovenop geplaatst. Deze markeert de optimalisatie- en
overcoatinkt waardoor deze meestal zichtbaar is.
De patronen C2, C4, C6, F2, F4 en F6 zijn bedoeld om de optimalisatieprintkop uit te lijnen met de gekleurde
printkoppen, en de patronen C1, C3, C5, F1, F3 en F5 zijn bedoeld om de overcoatprintkop uit te lijnen met de
gekleurde printkoppen.
De onderstaande afbeelding geeft de achtergrond weer met de lijnen van de optimalisatie-inkt er bovenop.
Mogelijke problemen met printkopuitlijning
De optimalisatie- of overcoatinkt is bijna of helemaal niet zichtbaar
De samengestelde achtergrond die de optimalisatie- en overcoatinkt moet markeren, werkt bij de meeste
substraten, maar bij sommige substraten is er soms onvoldoende contrast voor een efficiënt werking. In deze
gevallen zijn er twee mogelijke oplossingen:
Laad een ander substraat met meer contrast om de uitlijning uit te voeren.
Voer een tussencorrectie in (15), aangenomen dat de optimalisatieprintkop juist is uitgelijnd. Controleer in
dit geval naderhand of zich bijbehorende problemen hebben voorgedaan, zoals uitvloeiing, schaduwing of
capillaire werking (zie
Het is ook mogelijk dat de optimalisatieprintkop, de overcoatprintkop of de gekleurde printkoppen te veel
verstopte spuitmonden hebben. Dit kan een slechte vlakvulling van de achtergrond tot gevolg hebben en het
moeilijk maken om de optimalisatiestrepen te zien. In dit geval, zie
op pagina
102.
Een patroon geeft er meer dan één goede correctie
Soms het kan zijn dat een patroon twee of meer mogelijke goede correcties heeft, gescheiden door twee of
meer stappen. Dit kan te wijten zijn aan kreukels op het substraat die de printkop-naar-papier-afstand langs de
scan-as wijzigen. Om dit te voorkomen, zorgt u ervoor dat het substraat koud is voordat u de uitlijning begint en
voert u het ten minste 70 cm door om er zeker van te zijn dat het niet meer vervormd door de droging van de
vorige taak.
Diagnostische plot voor printkopuitlijning
De printer kan een diagnostische plot voor de uitlijning van de printkoppen afdrukken, waarmee u de kwaliteit
van de huidige printkopuitlijning kunt beoordelen. Om deze af te drukken, tikt u in de Internal Print Server op
Printkoppen > Uitlijnen > Verificatieplo afdrukken.
NLWW
Uitvloeiing, schaduw, wicking op pagina
260).
De printkoppen controleren en reinigen
Mogelijke problemen met printkopuitlijning 125

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Latex r2000 printer series