INHOUDSOPGAVE Veiligheidsinformatie Klokfuncties Veiligheidsvoorschriften Automatische programma's Beschrijving van het product Gebruik van de accessoires Bedieningspaneel Extra functies Voordat u het apparaat voor de eerste Aanwijzingen en tips keer gebruikt Onderhoud en reiniging Dagelijks gebruik Probleemoplossing Magnetronstand Wijzigingen voorbehouden. VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat • als het in werking is of afkoelt. Makkelijk toegankelijke onderdelen kunnen heet worden tijdens gebruik. Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient dit te • worden geactiveerd. Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en •...
Pagina 4
niet van toepassing als de fabrikant heeft aangegeven dat het formaat en de vorm van het metalen voorwerp geschikt is voor bereiding in de magnetron. Als de deur, scharnieren/handgrepen of deurafdichtingen • zijn beschadigd, mag het apparaat niet worden gebruikt tot hij is gerepareerd door een vakkundig persoon.
Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en • voedselresten dienen te worden verwijderd. Het niet schoonhouden van het apparaat kan leiden tot • beschadigingen aan het oppervlak hetgeen weer een negatief effect kan hebben op de levensduur van het apparaat wat weer kan leiden tot een gevaarlijke situatie. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Installatie Hoogte van de ach‐...
• Alle elektrische aansluitingen moeten • Dit apparaat wordt geleverd met door een gediplomeerd elektromonteur stekker en netsnoer. worden gemaakt. Gebruik • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. WAARSCHUWING! Gevaar • Zorg ervoor dat de parameters op het voor letsel, brandwonden, vermogensplaatje overeenkomen met elektrische schokken of een...
– plaats geen water direct in het hete op de wanden en kan roest apparaat. veroorzaken. – haal vochthoudende schotels en • Reinig het apparaat regelmatig om te eten uit het apparaat als u klaar voorkomen dat het materiaal van het bent met koken.
• Verwijder de deurvergrendeling om te binnen in het apparaat vast komen te voorkomen dat kinderen of huisdieren zitten. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT Algemeen overzicht Bedieningspaneel Elektronische tijdschakelklok Verwarmingselement Magnetrongenerator Lamp Ventilator Verwijderbare inschuifrail Roosterhoogtes Accessoires Bakplaat Bakrooster Voor gebak en koekjes. Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Pagina 9
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. Tip‐ -functie Omschrijving toets WEERGAVE Toont de huidige instellingen van het apparaat. AAN/UIT Het apparaat in- en uitschakelen. OPTIES Het instellen van een automatisch programma of een ovenfunctie (alleen als het apparaat aan staat).
Andere indicaties op het display: Sym‐ Naam Beschrijving bool Automatisch programma U kunt een automatisch programma kie‐ zen. Magnetronfunctie De magnetronfunctie werkt. kg / g Een automatisch programma met gewicht‐ invoer is in werking. u / min Een klokfunctie is in werking. Watt U kunt het vermogen voor de magnetron‐...
Tijd veranderen 1. Raak aan om het uur in te stellen. U kunt de dagtijd alleen wijzigen als het 2. Tik op apparaat aanstaat. 3. Raak aan om de minuten in Raak herhaaldelijk aan totdat in het te stellen. display knippert. 4.
Snel opwarmen 2. Druk op om een verwarmingsfunctie in te stellen. Leg geen voedsel in de oven wanneer de 3. Druk op . Anders start de oven na 5 functie Snel opwarmen is ingeschakeld. seconden automatisch. De functie Snel opwarmen is maar op een Als u de oven activeert en geen aantal opwarmingsfuncties beschikbaar.
Prik voedsel met huid of schil diverse Ontdooien in de magnetron malen in met een vork voordat u het Plaats het bevroren, uitgepakte voedsel bereidt. op een klein omgekeerd bord met een bakje eronder of op een ontdooirek of Snij groenten in stukjes van gelijke plastic zeef, zodat de dooivloeistof kan grootte.
Materiaal van de pannen Magnetronfunctie Combimagnetron‐ functie Bezig Verwarmen, Koken ont‐ dooien Roosterfolie met magnetronbestendi‐ ge sluiting (controleer altijd de specifi‐ catie van de folie voor gebruik) Ovenschotels gemaakt van metaal, d.w.z. emaille, gietijzer Bakblikken, met zwarte lak of silico‐ nen laag (controleer altijd de specifi‐...
• De magnetron creëert de warmte direct • Pas het vermogen aan naargelang de in het voedsel. Daarom kunnen niet alle hoeveelheid voedsel. Een hoog plaatsen tegelijkertijd worden vermogen kan een kleine hoeveelheid verwarmd. U dient de verwarmde voedsel doen aanbranden of vonken schotels te roeren en draaien, in het opwekken als u de accessoires bijzonder bij grotere hoeveelheden...
4. Wanneer de ingestelde tijd is verlopen, Wanneer u de magnetronfunctie in de weerklinkt er gedurende 2 minuten een Combi-modus gebruikt, mag het geluidssignaal. De magnetronfunctie magnetronvermogen niet meer dan 600 W wordt automatisch uitgeschakeld. bedragen. Raak een sensorveld aan om het De snelstartfunctie instellen geluidssignaal uit te schakelen.
700 - 1000 W Dichtschroeien aan het begin Koken van groenten Verwarmen van vloeistof van het kookproces 500 - 600 W Ontdooien en ver‐ Eiergerechten ko‐ Een maaltijd op een Stoofpot sudderen warmen van bevro‐ bord verwarmen ren maaltijden 300 - 400 W Smelten van Koken/verwar‐...
Klokfunctie Applicatie SET+GO Het apparaat wordt op een later tijdstip met één aanraking van het sensorveld met de benodigde instellingen gestart. Timer met optelfunctie Het EINDE instellen 1. Activeer het apparaat en stel een De timer met optelfunctie is niet ovenfunctie en de temperatuur in.
De KOOKWEKKER instellen De tijdvertragingsfunctie instellen Gebruik de KOOKWEKKER om een aftelling in te stellen. Deze functie heeft DUUR en EINDE kunnen geen invloed op de werking van de oven. tegelijkertijd worden gebruikt, wanneer het U kunt de KOOKWEKKER op elk gewenst apparaat op een later tijdstip automatisch moment instellen, ook als het apparaat uit wordt in- en uitgeschakeld.
Programmanummer Programmanaam WITBROOD GEBRADEN VLEES Automatische programma's Automatische programma's met gewichtinvoer 1. Schakel het apparaat in. Als u het gewicht van het vlees instelt, 2. Tik op berekent het apparaat de braadtijd. Het display toont en het nummer van 1. Schakel het apparaat in. het automatische programma.
Bakrooster en bakplaatsamen: Plaats bakplaat tussen de geleiders van de inschuifrails en het bakrooster op de geleiders erboven. Bakplaat: Schuif de bakplaat tussen de Kleine inkepingen bovenaan geleidestangen van de roostersteun. verhogen de veiligheid. Deze inkepingen zorgen er ook voor dat ze niet omkantelen.
Beschrijving In te stellen waarde SET+GO AAN / UIT RESTWARMTE-INDICATIE AAN / UIT KLIKKEN / PIEPEN / UIT TOETSVOLUME FOUTTOON AAN / UIT HELDERHEID LAAG / MEDIUM / HOOG SERVICEMENU INSTELLINGEN RESETTEN JA / NEE 1) Het geluid van de tiptoets AAN / UIT kan niet worden uitgeschakeld. Helderheid van het display 1.
AANWIJZINGEN EN TIPS Bereiding met magnetron WAARSCHUWING! Bereid voedsel afgedekt. Bereid voedsel Raadpleeg de hoofdstukken slechts zonder het te bedekken als u een Veiligheid. korst wilt behouden. De temperaturen en baktijden Zorg dat u de gerechten niet te lang kookt, in de tabellen zijn slechts als door het vermogen en de tijd te hoog in te richtlijn bedoeld.
Pagina 24
Kookgerei en materialen geschikt voor de magnetron Gebruik in de magnetron alleen kookgerei en materiaal dat hiervoor bestemd is. Gebruik onderstaande tabel als referentie. Materiaal van de pannen Magnetronfunctie Combimagnetron‐ functie Bezig Verwarmen, Koken ont‐ dooien Ovenbestendig glas en porselein zon‐ der metalen onderdelen, bijv.
Pagina 25
Bakken de cake niet overal even bruin wordt, hoeft u de temperatuurinstelling niet te wijzigen. Gebruik de eerste keer de laagste De verschillen verminderen tijdens het temperatuur. bakken. Bij het bereiden van cake op meerdere Tijdens het bakken kunnen bakplaten in niveaus kan de baktijd ca.
Bakken op één ovenniveau BAKKEN IN BAKVORMEN Gebruik de eerste rekstand. Gebruik de functie: Hetelucht. (°C) (min) Taartbodem - zandtaartdeeg, verwarm de oven voor 170 - 180 10 - 25 Taartbodem - zacht cakedeeg 150 - 170 20 - 25 Biscuitgebak 140 - 150 35 - 50...
Pagina 27
CAKE/GEBAK Gebruik de eerste rekstand. Gebruik de functie: Hetelucht. Gebruik de bakplaat. (°C) (min) Kruimeltaart, droog 150 - 160 20 - 40 Vruchtentaart (gemaakt van gistdeeg/zacht cakedeeg), 150 - 160 35 - 55 gebruik een diepe pan Vruchtencake van zanddeeg 160 - 170 40 - 80 CAKE/GEBAK/BROOD...
Pagina 28
CAKE/GEBAK/BROOD Verwarm de lege oven voor, tenzij anders aangegeven. Gebruik de functie: Boven + onderwarmte. Gebruik de bakplaat. (°C) (min) Plaatbrood / Broodkrans, voorverwarming is niet 170 - 190 30 - 40 nodig Vruchtentaart (gemaakt van gistdeeg/zacht ca‐ 35 - 55 kedeeg) Plaatkoek met delicate garnering (bijvoorbeeld 160 - 180...
KOEKJES EN BISCUITS Verwarm de lege oven voor. Gebruik de tweede rekstand. Gebruik de functie: Boven + onderwarmte. (°C) (min) Broodjes 190 - 210 10 - 25 Zandtaartdeeg / Deegreepjes voor op vlaaien/taarten 20 - 30 Cakejes 20 - 35 Ovenschotels en gegratineerde gerechten Gebruik de eerste rekstand.
GERECHTEN Gebruik de functie: Hetelucht. (kg) (°C) (min) Zoet gerecht 160 - 180 20 - 35 Gekruide gerech‐ 400 - 600 160 - 180 20 - 45 ten met gekookte ingrediënten (noodles, groen‐ Gekruide gerech‐ 400 - 600 160 - 180 30 - 45 ten met rauwe in‐...
Pagina 34
PIZZA PIZZA Warm de lege oven voor het koken Warm de lege oven voor het koken voor. voor. Gebruik de derde rekstand. Gebruik de derde rekstand. (°C) (min) (°C) (min) Bladerdeeg‐ 160 - 180 45 - 55 Pierogi 180 - 200 15 - 25 taart Grillen...
Brood bakken Voorverwarmen wordt niet aanbevolen. BROOD BROOD Gebruik de tweede rekstand. Gebruik de tweede rekstand. (°C) (min) Volkorenbrood 170 - 60 - (°C) (min) Witbrood 180 - 40 - Lage temperatuur garen Met deze functie bereidt u vlees en vis op Baguette 200 - 35 -...
Bevroren gerechten Haal het voedsel uit de verpakking. Doe het voedsel op een bord. ONTDOOIEN Dek het voedsel niet af, want dat kan de ontdooitijd verlengen. Gebruik de derde rekstand tenzij anders aangegeven. ONTDOOIEN Gebruik de functie: Hetelucht. Gebruik de derde rekstand tenzij anders aangegeven.
Pagina 37
Gebruik de eerste rekstand. (kg) (min) (min) Ontdooitijd Verdere ont‐ dooitijd 100 - 140 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd om‐ draaien. Vlees, halver‐ 100 - 140 20 - 30 Halverwege de wege de berei‐ bereidingstijd om‐ dingstijd om‐ draaien. draaien Forel 0,15...
Drogen STEENVRUCHTEN Gebruik de derde rekstand. (min) (min) Kooktijd Door blij‐ (°C) tot het ven ko‐ Bonen 60 - 70 6 - 8 sudderen ken op begint 100 °C Paprika’s 60 - 70 5 - 6 Perziken / 35 - 45 10 - 15 Soepgroen‐...
Pagina 39
Tips voor de magnetron Bereidings-/ontdooiresulta‐ Mogelijke oorzaak Oplossing Het eten is nog steeds niet De kooktijd was te kort. Stel langere kooktijd in. Het ontdooid, heet of gekookt na‐ magnetronvermogen niet dat de bereidingstijd is ver‐ verhogen. streken. Het eten is oververhit aan de Het magnetronvermogen Zet lager vermogen en een randen, maar nog niet vol‐...
Pagina 40
ZUIVELPRODUCTEN Zet het vermogen op 100 W. (kg) (min) Rusttijd (min) Boter 0,25 4 - 6 5 - 10 Geraspte kaas 2 - 4 10 - 15 CAKE/GEBAK Stel het vermogen in op 200 W, tenzij anders aangegeven. (min) Rusttijd (min) Plaatkoek 1 stuk...
Pagina 41
OPNIEUW VERWARMEN (min) Rusttijd (min) Babyvoeding in potjes 0,2 kg 1 - 2 Babymelk, doe een lepel in de fles 180 ml 0:20 - 0:40 Melk 200 ml 1000 1 - 1:30 Water 200 ml 1000 1:30 - 2 Saus 200 ml 1 - 3 Soep...
KOKEN (min) Rusttijd (min) Groenten, ingevroren 0,5 kg + 50 ml 10 - 20 water Gepofte aardappelen 0,5 kg 7 - 10 Rijst 0,2 kg + 400 ml 15 - 18 water Popcorn 1000 1:30 - 3 Aanwijzingen voor testinstituten Combimagnetronfunctie Om gerechten korter te bereiden en tegelijkertijd een bruin korstje te geven.
Reinig alle accessoires na elk gebruik en laat ze drogen. Gebruik een zachte doek met een warm sopje en een reinigingsmiddel. De accessoires niet in de afwasmachine reinigen. Reinig de antiaanbakaccessoires niet met agressieve middelen, scherpe Accessoires voorwerpen of in een vaatwasser. Verwijderen van de geleiders 1.
Pagina 45
Wat moet u doen als... Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing U kunt de oven niet inscha‐ De oven is niet aangesloten Controleer of de oven goed kelen of bedienen. op een stopcontact of is niet is aangesloten op het stop‐ goed geïnstalleerd. contact (zie het aansluitdia‐...
Onderhoudsgegevens Het typeplaatje bevindt zich aan de voorkant van de binnenkant van de oven. Als u niet zelf het probleem kunt Verwijder het typeplaatje niet uit de verhelpen, neem dan contact op met uw ovenruimte. verkoper ofeen erkende serviceafdeling. De contactgegevens van het servicecentrum staan op het typeplaatje.