Inhoudsopgave
Advertenties
Probleemoplossing
Probleem
Probleem
Probleem
Het systeem spuit niet.
Er zit lucht in de vloeistof.
Onjuist spuitpatroon of probleem met
de werking van het pistool.
Geen vloeistof wanneer het pistool
wordt ingeschakeld (of verkeerde
vloeistofdruk).
Geen lucht (of lage luchtdruk)
wanneer het pistool wordt
ingeschakeld.
Slechte dekking.
76
Diagnose
Diagnose
Diagnose
1. Het systeem staat niet in de
spuitmodus.
2. De isolatievloeistofpomp is leeg
en er is geen materiaal om te
verspuiten.
3. De vloeistofdruk is te laag of
bedraagt nul.
4. Het kogelventiel (39) bij de
vloeistofdrukregelaar (21) is
gesloten.
5. De luchtstroomschakelaar zit
vast in gesloten toestand of
herkent de luchtstroom niet.
De spuitmodus openen voordat het
systeem is voorgevuld.
Probleem met instellingen van
spuitpistool of onderhoud:
Het systeem staat in de
stand-bymodus.
Probleem met de regelaar die lucht
toevoert om de vloeistofdrukregelaar
(21) aan te drijven.
Onjuiste systeemmodus
geselecteerd.
Probleem met de luchtregelaar van
het systeempistool.
Lage spuitspanning.
Probleem met instellingen van
spuitpistool of onderhoud:
Oplossing
Oplossing
Oplossing
1. Ga over op de spuitmodus.
2. Geef het systeem de tijd om
te vullen voordat u verf gaat
spuiten.
3. Verhoog de pistoolvloeistofdruk
op het start- of het
voorkeuzescherm.
4. Open het handmatige
kogelventiel (39) dat is bevestigd
aan de vloeistofdrukregelaar
(21).
5. Gebruik de besturingsinterface
om de luchtdruk te verhogen.
Indien de luchtdruk dan niet
stijgt, controleert u of er vuil
aanwezig is waardoor de
luchtstroomschakelaar verstopt
is geraakt.
Note
Controleer op het statuss-
cherm of het systeem de
pistooltrekker detecteert. Zie
Statusscherm 1, page 54
Open de spuitmodus nadat het
systeem is voorgevuld.
Zie de handleiding van het pistool.
Ga over op de voorvul-, spoel- of
spuitmodus.
• Stel de pistoolvloeistofdruk in op
het start- of het voorkeuzescherm.
• Controleer de werking van
de elektro-/pneumatische
regelaar (V2P) (415) met
onderhoudsscherm 9.
Zie
Onderhoud 9: V/P, page 67
Ga over op de spuitmodus.
• Stel de pistoolluchtdruk in op het
start- of het voorkeuzescherm.
• Controleer de werking van
de elektro-/pneumatische
regelaar (V2P) (415) met
onderhoudsscherm 9.
Zie
Onderhoud 9: V/P, page 67
Verhoog de ingestelde luchtdruk of
spanning van het pistool.
Zie de handleiding van het pistool.
.
.
.
3A8462C
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
