Installation
2. Het systeem is uitgerust met nog een CAN-kabel
(43) om het systeem aan te sluiten op de
besturingsinterface:
Op systemen
Op
Op
systemen
systemen waarop
waarop de
waarop
ingeschakeld:
ingeschakeld:
ingeschakeld:
a. Schroef het ene uiteinde van de kabel (43) in
de fitting rechts op de kast.
b. Onderaan de regelaar bevinden zich twee
fittingen. Schroef het andere uiteinde van
de kabel (43) in de fitting zoals hieronder
weergegeven.
Figure 15 Aansluitingen op de
besturingsinterface (systemen zonder
kleurwissel)
Op
Op systemen
Op
systemen waarop
systemen
waarop
waarop de
ingeschakeld:
ingeschakeld:
ingeschakeld:
a. Schroef kabel (611) op C4 van
de kleurwisselmodule. Zie de
onderdelentekening in
van de kleurwisselmodule, page 133
Kleurwissel: Pneumatische en
bedradingsaansluitingen, page
b. Sluit C5 van de kleurwisselmodule aan op
de besturingsinterface.
22
de kleurwissel
de
kleurwissel niet
kleurwissel
niet is is is
niet
de kleurwissel
de
kleurwissel is is is
kleurwissel
Componenten
en
116.
3. Plaats de regelaar in de houder (41) bovenaan
de kast.
Om de regelaar op een andere plek te installeren,
verwijdert u de console (41) van het systeem en
installeert u deze op de gewenste locatie. Voor
informatie over de beschikbare CAN-kabels met een
andere lengte, zie
Toebehoren, page
Figure 16 Montagegaten van de console (41)
130.
3A8462C