Het hulpprogramma "admintool" wordt bij een besturingssysteem geleverd. Raadpleeg de handleiding bij het
besturingssysteem voor meer informatie.
2. 6HOHFWHHU >%URZVH@
3. 6HOHFWHHU >(GLW@
4. Voer een willekeurige wachtrijnaam in bij [Printer Name] en voer vervolgens het IP-adres of de
naam van de printer in bij [Print Server].
5. Selecteer [OK].
6. Ga verder met stap 4.
Voorbeeld wanneer u HP-UX gebruikt
1. Start "SAM".
Het hulpprogramma "SAM" wordt bij een besturingssysteem geleverd. Raadpleeg de handleiding bij het
besturingssysteem voor meer informatie.
2. Selecteer [Printers and Plotters].
3. Selecteer [LP Spooler] in het menu [Printers and Plotters].
4. Selecteer [Printers and Plotter] in het menu [LP Spooler].
5. Selecteer [Add Remote Printer/Plotter] in het menu [Action].
6. Voer een willekeurige wachtrijnaam in bij [Printer Name] en voer vervolgens het IP-adres of de
naam van de printer in bij [Remote System Name].
7. Typ "lp" bij [Remote Printer Name].
8. Selecteer [Remote Printer is on a BSD System].
9. Selecteer [OK].
10. Ga verder met stap 4.
Voorbeeld wanneer u IBM-AIX gebruikt
1. Start "SMIT".
Het hulpprogramma "SMIT" wordt bij een besturingssysteem geleverd. Raadpleeg de handleiding bij het
besturingssysteem voor meer informatie.
2. 6HOHFWHHU >3ULQW 6SRROLQJ@
3. Selecteer [Standard processing].
4. Voer een willekeurige wachtrijnaam in bij [remote queue name] en voer vervolgens het IP-adres
of de naam van de printer in bij [Hostname of Remote Server].
5. Typ "lp" bij [name of the queue] op de remote server.
6. Typ "BSD" bij [type of print spooler] op de remote server.
7. Ga verder met stap 4.
4
Voer de volgende opdrachten in en controleer of u kunt afdrukken.
Vorm:
Voorbeeld van invoer:
>3ULQWHUV@
>$GG@
>$FFHVV WR 3ULQWHU@
>$GG D 3ULQWHU 4XHXH@
lp -d <de naam van de afdrukwachtrij> <de naam van het af te drukken bestand>
lp -d print_queue_name report
>UHPRWH@