Setup 1
1
De standaardinstellingen worden aangegeven met
LCD-verlicht
Hiermee selecteert u de helderheid van de LCD-verlichting.
Helder
Normaal
• Wanneer u de camera op het stopcontact aansluit met de bijgeleverde netspanningsadapter, wordt
[Helder] automatisch gekozen als instelling.
• U kunt de instelling wijzigen door de navigatietoets langer naar v (DISP) te kantelen.
• Wanneer u [Helder] selecteert, raakt de batterij sneller leeg.
Pieptoon
Hiermee kunt u het geluid selecteren dat wordt weergegeven wanneer u de camera bedient.
Sluiter
Aan
Uit
Taal
Hiermee kunt u de taal selecteren waarin de menu-items, waarschuwingen en berichten
worden weergegeven.
Initialiseren
Hiermee kunt u alle instellingen terugzetten op de standaardinstellingen. Zelfs als u deze
functie uitvoert, blijven de beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen, bewaard.
1 Selecteer [Initialiseren] door de navigatietoets te kantelen naar v/V/b/B. Kantel vervolgens de
navigatietoets naar B.
2 Selecteer [OK] met v en druk op de navigatietoets.
Het bericht "Alle instellingen initialiseren" wordt weergegeven.
3 Selecteer [OK] met v en druk op de navigatietoets.
Alle instellingen worden teruggezet op de standaardinstellingen.
Het terugzetten annuleren
Selecteer [Annul.] in stap 3 en druk op de navigatietoets.
• Zorg ervoor dat de camera niet wordt uitgeschakeld bij het initialiseren.
54
Voor meer informatie over de bediening
.
Helderder maken.
Schakelt het sluitergeluid in dat wordt afgespeeld als u op
PHOTO drukt.
Schakelt de pieptoon/het sluitergeluid in die/dat wordt
afgespeeld als u op de navigatietoets, PHOTO of MOVIE
drukt.
Schakelt de pieptoon/het sluitergeluid uit.
1 pagina 48