Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Riello TAU Unit 140 Aanwijzingen Voor Installatie En Aansluiten pagina 38

De technische klantenservice en degene die belast is met het beheer van de verwarmingsinstallatie
Verberg thumbnails Zie ook voor TAU Unit 140:
Inhoudsopgave

Advertenties

INSTALLATIE
Menu Par.
Weergave
Nr.
Display
De waarde van deze parameter wordt bepaald door
de Par. 97.
Progr. uitg.
0 = Uitgeschakeld
M1
127
3.
6 = Alarmrelais
10 = Luchtklep
11 = HSI / Externe aansteker
De waarde van deze parameter wordt bepaald door
de Par. 97.
0 = Uitgeschakeld
1= Algemene circulatiepomp
2= Verwarmingscirculatiepomp
3= ACS-circulatiepomp
4 = Systeemcirculatiepomp
5 = Cascadecirculatiepomp
Progr. uitg.
M1
128
6 = Alarmrelais
4.
7 = Vulklep
8 = LPG-magneetklep
9 = Externe ontsteker
10 = Luchtklep
14 = Alarm brander CC
15 = Status brander CC
16 = Circulatiepomp zone
19 = Antilegionella circulatiepomp
De waarde van deze parameter wordt bepaald door
de Par. 97.
0 = Uitgeschakeld
1= Algemene circulatiepomp
2= Verwarmingscirculatiepomp
3= ACS-circulatiepomp
4 = Systeemcirculatiepomp
5 = Cascadecirculatiepomp
Progr. uitg.
M1
187
6 = Alarmrelais
5.
7 = Vulklep
8 = LPG-magneetklep
9 = Externe ontsteker
10 = Luchtklep
14 = Alarm brander CC
15 = Status brander CC
16 = Circulatiepomp zone
19 = Antilegionella circulatiepomp
Debietme-
M1
129
Bepaalt het gebruikte type debietmeter.
ter
Schaalfac-
M1
130
Definieert de schaalfactor voor de debietmeter.
tor debiet
Definieert de minimum drukwaarde van de instal-
M1
131
Min. druk
latie.
DeltaT mo-
Bepaalt de ingestelde delta T voor de werking van
M1
133
dulerende
de modulerende circulatiepomp.
pomp
Tijd Insch.
Bepaalt de tijd in seconden vanaf de inschake-
modu-
ling van de brander om met de modulatie van de
M1
134
lerende
circulatiepomp te beginnen en voor de in Par. 133
pomp
beschreven delta T te zorgen.
Definieert het geïnstalleerde PWM-circulatiepomp
Type mo-
model.
M1
135
dulerende
0 = Wilo Yonos
pomp
1 = Salmson
2 = Grundfos
Bepaalt of de circulatiepomp van de ketel is
Modus mo-
ingeschakeld in de modulerende modus of als ze
M1
136
dulerende
in werking is gesteld aan een vaste snelheid (in
pomp
percentage van de maximumsnelheid).
Min. verm.
Bepaalt het snelheidspercentage dat de mini-
modu-
M1
137
mumsnelheid die tijdens de modulatie door de
lerende
circulatiepomp kan worden bereikt.
pomp
Waarde die varieert in functie van de configuratie
van de inrichting op basis van de Par. 97 en 98.
138 Type inrich-
M1
Deze waarde wordt berekend door de kaart, die
ting
op basis van interne logica in een enkel nummer
bepaalt wat er is ingesteld in de Par. 97 en 98.
Beschrijving
38
Fabrieksin-
Bereik
stelling
0, 6, 10, 11
6
0...10,14,15,16,19
0
0...10,14,15,16,19
1
Bitron, Huba:
DN8, DN10,
Huba DN25
DN15, DN20,
DN25
0...25.5
3,2(*)
Off,
0,1
0.3,0.4...5.0
5...40
15
0...255
120
0...2
2
On/Off
Modulating
Fixed 20%
Modulating
Fixed 30%...
Fixed 100%
0...100
30
Hangt af van
0...255
het ketelmo-
del
Toe-
UM
gangs-
Categorie
type
I
Algemeen
I
Algemeen
I
Algemeen
I
Algemeen
I
Algemeen
bar
I
Algemeen
°C
I
Algemeen
Sec.
I
Algemeen
I
Algemeen
I
Algemeen
%
I
Algemeen
I
Algemeen

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Tau unit 1902014513520145136

Inhoudsopgave