1
Voorzorgsmaatregelen voor veilig rijden
Precautions on Safe Driving
• Lees de handleiding en voorzorgsmaatregelen goed
door
• Bestuurder moet een helm, handschoenen, bril, etc.
dragen.
• Draag geen kleding die het veilig rijden kan
belemmeren.
• Losse mouwen kunnen verstrikt raken in de remhendel
en zijn buitengewoon gevaarlijk.
• Bediening van de remhendel mag in geen geval
worden belemmerd.
• Dagelijkse en periodieke controles zijn noodzakelijk.
• Controleer de banden visueel op vreemde voorwerpen
of ongebruikelijke schade.
• Uitlaatgas bevat koolmonoxide, wat schadelijk is voor
het menselijk lichaam.
• Start de motor alleen op een goed geventileerde plaats.
• Maak de kinriem van de helm vast.
• Houd het stuur met beide handen vast tijdens het
rijden. Rijd niet met één hand, dit is extreem gevaarlijk.
• Het dragen van platte schoenen is veiliger.
• De uitlaat is zeer heet direct na het stoppen van de
motor, raak deze niet aan.
• Vermijd droge grassen of ontvlambare stoffen bij het
parkeren van de scooter, ter voorkoming van brand.
• De uitlaat is zeer heet direct na het stoppen van de
motor; parkeer het voertuig met de uitlaat richting een
muur of een plek zonder voetgangers om verbranding
te voorkomen.
• Metalen of plastic onderdelen van de scooter kunnen
na blootstelling aan zonlicht een zeer hoge
temperatuur bereiken; raak deze onderdelen niet aan
om brandwonden te voorkomen.
• Vermijd scherpe bochten of rijden met één hand.
• Houd u aan alle verkeersregels.
4