ONDERHOUD
7 Compressor
•
Geluid en trillingen: Controleer de unit op abnormale geluiden of trillingen.
•
Activering: Controleer of het spanningsverlies in de voedingskabel tijdens de inschakeling binnen de 15 % blijft en tijdens de
werking binnen de 2 % blijft.
8 Tegenventiel:
•
Activering: Controleer op abnormaal geluid bij inschakeling
9 Zeef
•
Verstopping: Controleer of er geen temperatuurverschil tussen beide uiteinden is.
10 Aardedraad
•
Aardedraad: Controleer de continuïteit naar aarde.
11 Olieverwarmer (carterverwarming van de compressor)
•
Activering: Schakel de olieverwarmer minstens twaalf uur vóór de inschakeling van het systeem in door de hoofdschakelaar
in te schakelen.
13.2.2 Algemene onderhoudsprocedure voor de binnenunit
Om een goede en betrouwbare werking van de binnenunit te garanderen, moeten de onderdelen en de bedrading regelmatig
worden gecontroleerd.
De volgende controles moeten minstens eenmaal per jaar door een erkend technicus worden uitgevoerd:
1 Behuizing
•
Vlekken: Controleer de behuizing op vlekken en verwijder ze.
•
Bevestigingsschroef: Controleer op losse of ontbrekende schroeven. Draai losse schroeven vast en vervang ontbrekende
schroeven.
•
Isolatiemateriaal: Controleer de binnenkant van de deksels op loskomende thermische isolatie. Repareer de thermische
isolatie.
2 Aansluiting waterleiding
•
Lekkage: Controleer of er geen waterlekkage is aan de inlaat- en uitlaatwaterverbindingen (ruimteverwarming en
warm tapwater indien gebruikt) of in het hoofdwatercircuit of de aansluitingen van de warmwaterketel. Controleer alle
verbindingen, aansluitingen en circuitsegmenten.
?
O P M E R K I N G
•
Als u lekkage opmerking in de inlaat-/uitlaatwaterverbindingen, repareer deze dan en vervang de pakkingen.
•
Let vooral op de waterleidingverbinding boven de elektrische box.
3 Waterdebiet en -druk:
Waterdoorvoer:
•
Ruimteverwarming: Controleer het waterdebiet (m
-
"Werkingsgegevens" op de unitbesturing.
Warm tapwater (indien gebruikt): Controleer of de watercirculatie in het warm tapwater circuit correct is.
-
•
Drukcontrole:
Ruimteverwarming: Controleer de waterdruk met behulp van de manometer in de binnenunit (bij YUTAKI M-units wordt
-
deze manometer niet meegeleverd). Deze waarde moet ongeveer tussen 1,5 en 2,0 bar liggen (1,8 bar is een gepaste
waarde).
4 Aardedraad
•
Aardedraad: Controleer de continuïteit naar aarde.
5 YUTAKI S80 - Leidingverbinding koelmiddel
•
Lekkage: Controleer de leidingverbindingen tussen de buiten- en de binnenunit op lekkage.
•
Druk: Controleer in split-systemen de druk van het koelmiddel met behulp van de terugslagklep van de buitenunit.
337
PMML0575 rev.2 - 03/2022
/h) in de optie "Warmtepomp-gegevens" van het menu
3