Bedieningstechnieken
Richtlijnen voor het graven
Richtlijnen voor het graven
WAARSCHUWING
Gevaar voor ernstig letsel.
Wanneer de machinist een bijrijder in de cabine
meeneemt zijn ongelukken en ernstig letsel niet
uitgesloten.
Alleen de machinist, zittend op de bestuurdersstoel,
mag zich tijdens de bediening in de cabine
bevinden. Alle overige personen dienen veilige
afstand tot de machine te houden.
Lees eerst de Veiligheidsvoorschriften voor het
gebruik, zie bladzijde
Bereid het werk altijd voor door tekeningen en
voorschriften met betrekking tot de werkplek
zorgvuldig te bestuderen. Onderzoek ook de
gesteldheid van de grond en bekijk hoe de
gevarenzones op de werkplek eruitzien. Schakel
zo nodig gas-, elektriciteits- en
watervoorzieningen uit. Markeer de ligging van
kabels en buizen.
Als het risico aanwezig is dat mensen te dichtbij
komen, zet dan het gebied rond de machine af.
Houd daarbij rekening met de zwenkradius van
de machine.
Houd uw collega's in de gaten! Zorg ervoor dat zij
ook voorzichtig zijn. Niemand, behalve de
machinist, mag zich binnen het werkgebied van
de machine bevinden. Leer omstanders op te
passen voor instortende hellingen en rollende
stenen en erop voorbereid te zijn zichzelf snel in
veiligheid te brengen. Vlak voordat de grond gaat
schuiven, verandert de spanning in de helling. Dit
is te zien aan de smalle stroompjes los materiaal
op de plaatsen waar scheuren ontstaan.
Als de machine is voorzien van extra uitrusting,
die met de pedalen wordt bediend, moet u er
zeker van zijn dat de uitrusting doet wat u
verwacht op het moment dat u de pedalen
bedient. Onverwachte bewegingen houden een
gevaar voor ongelukken in.
Een cabine met een beschermend rooster over
de dakruit voldoet aan de eisen met betrekking tot
vallende voorwerpen volgens officieel
geregistreerde testmethoden (FOPS/ISO
10262). Als er zware voorwerpen omlaag kunnen
157 , 159 , 159 en 162 .
193