3 Parameterbeschrijving
[5]
DC-rem geïnv.
[6]
Stop geïnverteerd
3
[7]
Ext. vergrendeling
[8]
Start
[9]
Pulsstart
[10]
Omkeren
[11]
Start omgekeerd
[14]
Jog
[15]
Digitale ref. aan
[16]
Ingest. ref. bit 0
[17]
Ingest. ref. bit 1
[18]
Ingest. ref. bit 2
[19]
Ref. vasthouden
70
Ingang geïnverteerd voor DC-rem (NC).
Stopt de motor door gedurende een bepaalde tijd gelijkstroom toe te voeren. Zie Par.2-01
remstroom
tot Par.2-03
Inschakelsnelh. DC-rem [tpm]
DC-remtijd
waarde in Par.2-02
niet 0 is. Logisch '0' => DC-remmen.
Geïnverteerde stopfunctie. Genereert een stopfunctie wanneer de geselecteerde klem van logisch
'1' naar '0' gaat. De stop wordt uitgevoerd op basis van de geselecteerde uitlooptijd (Par.3-42
1 uitlooptijd
Ramp 2 uitlooptijd
, Par.3-52
NB!
Wanneer de frequentieomvormer de koppelbegrenzing heeft bereikt en een stop-
commando heeft ontvangen, zal hij mogelijk niet vanzelf stoppen. Om ervoor te
zorgen dat de frequentieomvormer stopt, moet een digitale uitgang worden in-
Koppelbegr. & stop
gesteld op
aangesloten op een digitale ingang die als vrijloop is ingesteld.
Dezelfde functie als Vrijloop, geïnv. maar Ext. vergrendeling genereert de alarmmelding 'externe
storing' op het display wanneer de geprogrammeerde klem voor Vrijloop, geïnv. logisch '0' is. De
alarmmelding wordt ook actief via digitale uitgangen en relaisuitgangen als deze voor Ext. vergren-
deling zijn geprogrammeerd. Het alarm kan worden gereset via een digitale ingang of de [Reset]-
toets als de oorzaak voor de externe vergrendeling is weggenomen. In Par.22-00
vergrendel.vertr.
kan een vertragingstijd worden geprogrammeerd. Nadat een signaal op de ingang
wordt toegepast, zal bovenstaande actie worden vertraagd met de ingestelde tijd in Par.22-00
vergrendel.vertr.
.
Selecteer start voor een start/stopcommando. Logisch '1' = start, logisch '0' = stop.
(Standaard voor digitale ingang 18)
De motor start als gedurende minstens 2 ms een puls wordt gegeven. De motor stopt na activering
van Stop geïnv.
Wijzigt de draairichting van de motoras. Logisch '1' leidt tot omkeren. Het omkeersignaal wijzigt
alleen de draairichting. Het activeert de startfunctie niet. Selecteer Bidirectioneel in Par.4-10
richting motor
.
(Standaard voor digitale ingang 19)
Gebruikt voor start/stop en voor omkeren via dezelfde draad. Gelijktijdige startsignalen zijn niet
toegestaan.
Gebruikt om de jogsnelheid in te schakelen. Zie Par.3-11
(Standaard voor digitale ingang 29)
Gebruikt om te schakelen tussen externe referentie en digitale referentie. Hiervoor moet
digitaal
[1] echter zijn geselecteerd in Par.3-04
actief; logisch '1' = een van de acht digitale referenties actief.
Maakt het mogelijk om een van de acht vooraf ingestelde referenties te selecteren overeenkomstig
onderstaande tabel.
Maakt het mogelijk om een van de acht vooraf ingestelde referenties te selecteren overeenkomstig
onderstaande tabel.
Maakt het mogelijk om een van de acht vooraf ingestelde referenties te selecteren overeenkomstig
onderstaande tabel.
Ingest. ref. bit
Ingest. ref. 0
Ingest. ref. 1
Ingest. ref. 2
Ingest. ref. 3
Ingest. ref. 4
Ingest. ref. 5
Ingest. ref. 6
Ingest. ref. 7
Houdt de huidige referentie vast. De vastgehouden referentie is nu het punt van inschakelen/de
voorwaarde om Snelh. omh. en Snelh. omlaag te gebruiken. Als Snelh. omh./Snelh. oml. wordt
gebruikt, volgt de snelheidsverandering altijd ramp 2 (Par.3-51
MG.11.C6.10 – VLT
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
HVAC Drive Programmeerhandleiding
. Deze functie is alleen actief wanneer de
, 3-62 en 3-72).
[27] en moet deze digitale uitgang worden
Jog-snelh. [Hz]
.
Referentiefunctie
. Logisch '0' = externe referentie
2
1
0
0
0
0
0
1
0
1
1
0
1
0
1
1
1
1
Ramp 2 aanlooptijd
DC-
Ramp
Ext.
Ext.
Draai-
Extern/
0
0
1
0
1
0
1
0
1
en Par.