PRODUCTOVERZICHT
16
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | GM35
van het apparaat gecontroleerd. Als tijdens een controlecyclus afwijkingen van de
bedrijfsrichtlijnen worden vastgesteld, genereert het GM35-meetsysteem
overeenkomstige foutmeldingen resp. waarschuwingen.
Activeringsmogelijkheden
1 Di 1 (vallende flank): met deze functie kan de controlecyclus ook worden onderdrukt
2 Tijdsinterval, instelbaar via het menu van de EVE.
Verloop
1 De controlecyclus wordt gestart.
2 Interne referentiemeting wordt uitgevoerd. Signalisatie: relais 3 (functiecontrole)
3 Het nulpunt en controlepunt worden op het EVE-display en de bijbehorende analoge
uitgangen steeds gedurende 90 seconden uitgegeven. Relais 3 blijft open.
Bij de aansluiting op een emissiecomputer moet het volgende in acht worden
genomen: meet de duur van de start tot aan de output om verschillen in de
apparaatinstellingen te compenseren.
Afbeelding 5: Vaststellen van het controlepunt
Meten
Nulpunt
Controle
zwenkelement
nulpuntreflector
nulpunt
controle-
punt
(70% fsc)
Datarecorder
8022940/V3-0/2018-06| SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden