STUURWIEL
Op enkele uitvoeringen kan het stuur zo-
wel in lengterichting als in hoogte wor-
den versteld.
Ga voor het verstellen als volgt te werk:
r ontgrendel de hendel A-fig. 28 door
deze naar voren te drukken (stand 1);
r verstel het stuur;
r vergrendel de hendel A door hem naar
het stuur te trekken (stand 2).
ATTENTIE!
Het stuur mag alleen wor-
den versteld als de auto stil-
staat.
ATTENTIE!
Het is streng verboden om
demontage-/montagewerk-
zaamheden uit te voeren, waarvoor
wijzigingen in de stuurinrichting of de
stuurkolom vereist zijn (bijv. bij mon-
tage van een diefstalbeveiliging).
Hierdoor kunnen de prestaties van
het systeem, de garantie en de veilig-
heid in gevaar worden gebracht en
voldoet de auto niet meer aan de
typegoedkeuring.
fig. 28
fig. 29
SPIEGELS
BINNENSPIEGEL
(indien aanwezig) fig. 29
De binnenspiegel is voorzien van een be-
veiligingsmechanisme, waardoor de spie-
gel bij een krachtig contact met een inzit-
tende losschiet.
Met het hendeltje A kan de spiegel in twee
F0T0040m
standen worden gezet: normale of anti-
verblindingsstand.
F0T0027m
37