2.16 Elektrische verbindingen
De eenheid moet worden aangesloten door middel van koperen kabels met een geschikte doorsnede, gebaseerd op het
maximale stroomverbruik aangegeven op het plaatje van de eenheid. De kabels moeten voldoen aan de toep asselijke
elektrische voorschriften.
Daikin Applied Europe SpA kan niet aansprakelijk worden gesteld voor onjuiste elektrische aansluitingen.
De aansluitingen op de terminals moeten via koperen terminals en kabels verlopen.
De elektrische aansluiting moet door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd.
Er is risico op een elektrische schok.
Het elektrische paneel moet met de juiste fasevolgorde worden aangesloten.
2.17 Fase onbalans
In een systeem met drie fases, kan een extreme onbalans tussen de fases ervoor zorgen dat de motor oververhit raakt.
De maximum toegestane onbalans bij het voltage is 2% en wordt als volgt berekent:
Vx = fase met de grootste onbalans
Vm = gemiddelde van de voltages
D.w.z. de drie fases meten 383, 386 en 392 volt respectievelijk, het gemiddelde is:
383+386+392
= 387 V
3
Het percentage van de onbalans is dus:
(392-387) x 100
= 1,29%
387
Controleer eerst of het systeem is uitgeschakeld en dat de hoofdschakelaar van de eenheid open
staat voordat u onderhoudswerkzaamheden gaat uitvoeren en/of een elektrische aansluiting gaat
maken op de omvormer van de compressor.
Wacht na het uitschakelen van de hoofdschakelaar minstens 20 minuten tot de condensatoren van
de omvormer volledig zijn ontladen. Voer gedurende deze tijd geen onderhoudswerkzaamheden of
elektrische aansluitingen uit.
2.18 Regelcircuit
Elke EWWD(H/S) VZ-eenheid is in de fabriek getest. Zowel de regel en de voedingscircuits ondergaan een
functioneringstest voordat de machine wordt verzonden.
Het besturingscircuit van de EWWD(H/S) VZ-eenheid wordt 230 Vac gevoed.
De AAN/UIT-schakelaar (Q0) van de controller moet in de UIT-stand worden gezet als de machine niet hoeft te werken.
In de controller zitten de aangesloten terminals van de debietschakelaar. Raadpleeg het bedradingsdiagram voor de juiste
verbindingen in het veld.
Het doel van de aansluiting van de debietregelaar is om te voorkomen dat de compressor lang genoeg draait om de twee
waterpompen van de verdamper en de condensator te laten weren zodat de juiste waterstroom wordt geregeld en
gegarandeerd. De debietschakelaar kan op verzoek worden geleverd door Daikin Applied Europe, en moet bovendien
verplicht worden geïnstalleerd op de machine. Voor een betere bescherming tegen bevriezing moeten bij de aansluiting
van de debietschakelaar van de verdamper het vrije contact of het contact van de stroomonderbreker van de pomp in serie
geschakeld worden.
Voor een beter beheer van het systeem verdient het de voorkeur de besturing van de pomp over te laten aan de
microprocessor.
Als een extern systeem onafhankelijk in staat is om een pomp te starten moet u deze logica volgen.
Waterinlaat verdamper:
•
laat de pomp 2 minuten actief zijn voordat u de machine inschakelt.
•
schakel de pomp 5 minuten later uit na het uitschakelen van de machine.
Waterpompen condensator:
•
laat de pomp 30 seconden actief zijn voordat u de machine inschakelt.
•
schakel de pomp 1 minuut later uit na het uitschakelen van de laatste compressor.
% =
minder dan maximaal toelaatbaar (2%)
( − ) ∗ 100
D-EIMWC01405-18_03NL - 25/39