Taakgeheugen hernoemen
1
Raak [Taakgeheug] aan in het
scherm Functies.
2
Raak [Hernoemen] aan.
3
Selecteer het taakgeheugen dat u
een andere naam wilt geven.
Niet-geregistreerde toetsen worden grijs weerge-
geven en zijn niet beschikbaar.
4
Voer een nieuwe naam in met de let-
tertoetsen.
U kunt tussen hoofdletters en kleine letters scha-
kelen met [Klein] of [Hooftlet.].
p.157
LET OP:
• Om de huidige naam te wissen, raakt u
aan of drukt u op de toets
5
Raak [OK] na het invoeren aan.
Het scherm Taakgeheugen wordt opnieuw weer-
gegeven. De naam is bijgewerkt.
6
Raak [Sluit] aan.
Hiermee keert u terug naar het scherm Functies.
Taakgeheugenfuncties gebruiken [Taakgeheug]
Geavanceerde functies
.
167