5.9
Procedure van Backup / Restore
Nadat de "Startprocedure" is uitgevoerd, moet een backup
uitgevoerd worden door een kopie te creëren van de gegevens
die zijn gememoriseerd op REC, in het paneel van de display RDI
21.
Op deze manier kunnen de gegevens gebruikt worden voor de
programmering van een nieuw REC of om terug te keren naar de
instellingen die zijn gememoriseerd in hetzelfde REC.
5.9.1
Backup
Om een backup uit te voeren, moet als volgt gehandeld worden:
bereik het Niveau Parameters door de Toegangsprocedure
met password te volgen.
De display geeft de unit parameters 400 weer.
P
Met de toets "-" :
Selecteer de unit parameters 000 :
P
De parameter 000 knippert; bevestig met de toets "i/reset" :
De display toont de knipperende parameter 050 :
P
bevestig met de toets "i/reset" :
Op de display verschijnt de parameter bAC_UP :
P
20073567
Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander
V
h
min
s
%
h min s
%
/reset
h min s
%
/reset
V
h min s
%
Er wordt aanbevolen om deze handeling na elke
ingreep uit te voeren die wijzigingen inhoudt van
de instellingen op de nok.
LET OP
Op deze manier kan een restore op een nieuwe
nok
reserveonderdeel) zonder dat het systeem
opnieuw moet geprogrammeerd worden.
bevestig met de toets "i/reset" :
De display geeft de volgende waarde weer:
P
Druk op de knop "+" :
De waarde zal ingesteld worden op 1 . De waarde 1 knippert:
P
bevestig met de toets "i/reset" om het backup proces te starten.
Op de display verschijnt de waarde 1 :
P
Na ongeveer 5 seconden (afhankelijk van de duur van het
programma) verschijnt de waarde 0 op de display, wat aanduidt
dat het backup proces correct werd gecompleteerd.
P
40
NL
uitgevoerd
worden
(geleverd
/reset
V
h min s
%
V
h min s
/reset
h min s
V
%
V
h min s
%
als