MODULAIRE VENTILATORCONVECTOR
C
S
ODE
TORING
E1 ³
Bedieningspaneel heeft
geen contact met toestel
of er is een
communicatiefout
opgetreden.
E2 ³
Verkeerde code in
printplaat of combinatie
van toestellen met
incompatibele codes in
één systeem.
E3 ²
Temperatuursensor
(PTC) in toestel is te
heet of defect.
E4 ³
Storing condensafvoer-
pomp (PS-K, -HK).
Relais van elektrische
verwarming gaat niet aan
(PS-HE).
1
E5
Elektrische verwarming
gaat niet uit (PS-HE).
E6 ²
Temperatuur bij sensor
in uitblaas is lager dan
5 °C (vorstgevaar).
F2 ³
Te veel warmte of
koude (PS-H, -K, -HK).
30
Tabel 3-3 Storingsmeldingen
O
ORZAAK
• printplaat in toestel heeft
geen voeding (defecte
zekering)
• besturingskabel is
onderbroken
• besturingskabel wordt
beïnvloed door elektro-
magnetische velden
• afsluitplug op connector-
plaat ontbreekt (zie
paragraaf 2.4.2)
• defecte besturingskabel
• toestelcode ongeldig
• systeem ongeldig
• ventilator defect
• trafo defect
• zekering trafo defect
• PTC-kabel onderbroken
• pomp is defect
• extreme condensvorming
door hoge
luchtvochtigheid
• maximaalthermostaat is
ingekomen (zie paragraaf
3.6)
• triac of relais blijft hangen
• aanzuigtemperatuur-
sensor defect
• geen warmtetoevoer
(defect in CV-installatie)
• regelafsluiter blijft open
staan
• uitblaastemperatuur-
sensor is verkeerd
aangesloten
• aandrijving regelafsluiter
is verkeerd aangesloten
• regelafsluiter is verkeerd
aangesloten
D
A
ETECTIE DOOR
CTIE TOESTEL
software
toestel uit
software
toestel werkt niet
PTC
elektrische verwarming
uit, ventilatoren laag
alarmuitgang op
koeling uit
condensafvoer-
pomp
maximaal-
elektrische verwarming
thermostaat
uit, ventilatoren laag
uitblaastempera-
elektrische verwarming
tuursensor
uit, ventilatoren laag
uitblaastempera-
luchtklep dicht (type
tuursensor
ventilatie/recirculatie),
toestel uit (type
ventilatie), overige
toestellen geen actie
uitblaastempera-
regelafsluiter wordt
tuursensor
periodiek open- en
dichtgestuurd
R
R
R