Intervalfotografie
De camera is uitgerust met vooringestelde intervallen voor automatisch fotograferen.
D
Voordat u gaat fotograferen
Maak eerst een testopname bij de huidige instellingen alvorens intervalfotografie te starten en
bekijk de resultaten in de monitor. Controleer eerst of de cameraklok juist is ingesteld om zeker
te zijn dat de opname op het gewenste tijdstip start (0 201).
Gebruik van een statief wordt aanbevolen. Monteer de camera op een statief voordat de opname
start. Controleer of de batterij volledig is opgeladen om zeker te zijn dat de opname niet wordt
onderbroken.
1
Selecteer Intervalopname.
Druk op de G-knop om de menu's weer te
geven. Markeer Intervalopname in het
opnamemenu en druk op 2.
2
Kies een starttijd.
Kies uit de volgende startmogelijkheden.
• Om de opname onmiddellijk te starten, markeer
Nu en druk op 2. De opname begint circa
drie seconden nadat de instellingen zijn
voltooid; ga verder naar stap 3.
• Om een starttijd te kiezen, markeer Starttijd en
druk op 2 om de rechts weergegeven
starttijdopties weer te geven. Druk op 4 of
2 om uren en minuten te markeren en druk
op 1 of 3 om te wijzigen. Druk op 2 om
door te gaan.
3
Kies het interval.
Druk op 4 of 2 om uren, minuten of seconden
te markeren en druk op 1 of 3 om een interval
langer dan de langst geanticipeerde sluitertijd
weer te geven. Druk op 2 om door te gaan.
68 Meer over fotografie
G-knop