Opbouw en werking
5.6.1
Turbine met hydraulische aandrijving
De hydraulische motor (Afb. 58/2) drijft de turbi-
ne (Afb. 58/1) aan.
De turbine produceert een luchtstroom waarmee
het zaaigoed van de injectiesluis naar de zaai-
schijven wordt getransporteerd. Het toerental
van de turbine bepaalt de hoeveelheid lucht van
de luchtstroom.
Naarmate het toerental van de turbine hoger is,
des te groter is de hoeveelheid gegenereerde
lucht.
Het vereiste toerental van de turbine staat in de
tabel (Afb. 59, hieronder).
Het toerental van de turbine is instelbaar
•
op de stroomregelklep van de tractor;
of (indien niet aanwezig)
•
aan de overdrukklep (Afb. 58/3) van de hy-
draulische motor.
Het turbinetoerental (1/min.) is afhankelijk
van
•
de werkbreedte van de machine (1);
van het zaaigoed
•
ο
fijne zaden (2),
zoals koolzaad en graszaad;
ο
graan en
peulgewassen (3).
Voorbeeld:
•
AD-P 403
•
Zaaien van graan
benodigd
turbinetoerental: 3800 1/min.
Afb. 59
68
Afb. 58
AD-P 03 Special BAH0018-5 09.14