Instellingen
8.8.3
Dieptegeleidingsrollen afstellen
Grendelstand
1
2
3
Zaaien zonder
dieptegeleidingsrol
Grendelstand 1 tot 3
1. Vergrendel de handgreep (Afb. 166/1) in
een van de 3 standen.
136
Deze instelling is van invloed op de zaaidiepte van het zaaigoed.
De zaaidiepte moet na elke afstelling worden gecontroleerd.
Kan de gewenste zaaidiepte niet door verstellen van de zaaischijfdruk
worden bereikt, dan alle dieptegeleidingsrollen gelijkmatig verstellen.
Elke dieptegeleidingsrol kan in drie standen aan de zaaischijf worden
vergrendeld of van de zaaischijf worden verwijderd.
De zaaidiepte aansluitend nogmaals door verstellen van de zaai-
schijfdruk instellen.
Zaaidiepte
ca. 2 cm
ca. 3 cm
ca. 4 cm
> 4 cm
Fig. 165
Afb. 166
AD-P 03 Special BAH0018-5 09.14