Teller
Eenvoudige functiebeschrijving:
Deze functie geldt als bedrijfsurenteller of impulsteller (bv.: voor de brandersturing) en maakt hiermee
een verdere servicefunctie mogelijk.
Ingangsvariabele:
Vrijgave teller
Max. 6 digitaale ingangsvariabelen
Terugzetten teller
Bijzonderheden:
Bij het invoegen van de tellerfunctie in de functielijst dient het aantal "ingangsvariabelen" te worden
opgegeven. Dit kan later via "FUNCTIE AANPASSEN" gecorrigeerd worden. Als gekoppelde
functies kunnen zowel sensoringangen, andere functiemodules of uitgangen worden gekoppeld.
In de MODUS BEDRIJFSURENTELLER geldt: de teller loopt, indien ten minste één gekoppelde
functie geschakeld is. Er worden alleen hele minuten geteld.
In de MODUS IMPULSTELLER geldt: zo lang bij meerdere ingangsvariabelen de toestand van
een variabele "AAN" is, worden in volgorde de impulsen van andere ingangsvariabelen genegeerd.
Daarnaast bestaat de mogelijkheid, een deler op te geven. Wordt deze deler bv. op 2 ingesteld, zal
pas bij iedere tweede impuls op de ingangsvariabele de tellerstand worden verhoogd.
De teller kan impulsen met een frequentie van max. 1 Hz (=1 impuls per seconde) tellen. De
minimale impulstijd op de ingangen 1 t/m 14 bedraagt 500ms, op de ingangen 15 en 16 is dit
50ms.
Het terugzetten van de tellerstand is middels een ingangsvariabele of in het servicemenu mogelijk.
De niet zichtbare uitgangsvariabele "Tellerstand" kan door andere modules als ingangsvariabele
worden overgenomen.
Totale menuweergave:
BET.: TELLER
INGANGSVARIABELE:
SERVICEMENU:
MODUS: BEDRU.TELL
Bedrijfsduur:
324 uur
18 min
Dagtellerstand:
4 uur
37 min
LET OP: De tellerstand van de functiemodule Teller wordt iedere zes uur in het interne geheugen
geschreven, maar gaat echter bij het laden van nieuwe functiedata (Basisinstelling laden,
Veiligheidskopie laden, Datatransfer vanuit de C.M.I.) verloren! Het kan daarom voorkomen, dat bij
een stroomuitval de warmtemeting van 6 uur verloren gaat.
Uitgangsvariabele:
Tellerstand
Teller
51