1. MENU →
(Camera- instellingen) → [Scherpstelgebied] → gewenste instelling.
Menu-onderdelen
Breed:
Stelt automatisch scherp op een onderwerp in alle bereiken van het beeld.
Wanneer u de ontspanknop tot halverwege indrukt in de stilstaand-beeldopnamefunctie, wordt een groen
kader afgebeeld rond het gebied dat scherpgesteld is.
Zone:
Selecteer een zone op de monitor waarop u wilt scherpstellen. Een zone bestaat uit negen
scherpstelgebieden en het apparaat selecteert automatisch het scherpstelgebied waarop wordt
scherpgesteld.
Midden:
Stelt automatisch scherp op een onderwerp in het midden van het beeld. Indien gebruikt in combinatie
met de AF-vergrendelingsfunctie, kunt u het gewenste beeld samenstellen.
Flexibel punt:
Maakt het mogelijk om het AF-bereikframe te verplaatsen naar de gewenste plaats op het scherm en
scherp te stellen op een extreem klein onderwerp in een smal gebied.
Op het Flexibel Punt-opnamescherm kunt u de grootte van het AF-bereikzoekerframe veranderen door
het besturingswiel te draaien.
AF-vergrendeling:
Als de ontspanknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden, volgt het apparaat het onderwerp binnen
het geselecteerde scherpstelgebied. Wijs met de cursor [AF-vergrendeling] aan op het
[Scherpstelgebied]-instelscherm, en selecteer daarna het gewenste gebied waar het volgen moet
beginnen met de linker-/rechterkant van het besturingswiel. U kunt het gebied waarin het volgen begint
verplaatsen naar het gewenste punt door het gebied aan te wijzen als het flexibele punt.
Op het Flexibel Punt-opnamescherm kunt u de grootte van het AF-bereikzoekerframe veranderen door
het besturingswiel te draaien.
[65] Hoe te gebruiken
Centr. AF-vergrend.
Wanneer u op de middenknop drukt, detecteert de camera het onderwerp dat zich in het midden van het
scherm bevindt, waarna de camera dat onderwerp blijft volgen.
1. MENU →
(Camera- instellingen) → [Centr. AF-vergrend.] → [Aan]
2. Plaats het doelframe (A) rond het onderwerp en druk op
Druk nogmaals op
Als de camera het onderwerp kwijtraakt, kan hij detecteren wanneer het onderwerp weer
terugkomt op de monitor en hervat hij het volgen.
De opnamefuncties gebruiken
om het volgen te stoppen.
Scherpstellen
in het midden van het besturingswiel.