3. Draai de voorste keuzeknop om de gewenste instelling te selecteren.
Sommige functies kunnen worden fijngeregeld met behulp van de achterste keuzeknop.
Instellingen maken op het specifieke scherm.
Selecteer de gewenste functie in stap 2 en druk daarna op
Het specifieke scherm voor de functie wordt afgebeeld. Volg de bedieningsgids (A) om de instellingen
te maken.
[29] Hoe te gebruiken
controleren
"Quick Navi" gebruiken
Als de zoeker wordt gebruikt, kunt u de instellingen rechtstreeks veranderen met behulp van het Quick
Navi-scherm. De hieronder getoonde inhoud en de positie ervan dienen slechts als richtlijn en kunnen
verschillen van de daadwerkelijke weergave
1. MENU→
(Eigen instellingen) → [DISP-knop] → [Scherm] → [Voor zoeker] → [Enter].
2. Druk herhaaldelijk op de DISP (weergave-instelling)-knop op het besturingswiel tot het scherm is
ingesteld op [Voor zoeker].
3. Druk op de Fn (functie)-knop om over te schakelen naar het Quick Navi-scherm.
In de automatische functie of de scènekeuzefunctie
De bedieningsmethode controleren
in het midden van het besturingswiel.
De bedieningsmethode