Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

apparaat instellen

SteadyShot

Stelt in of de functie SteadyShot moet worden gebruikt of niet.
1. MENU →
(Camera- instellingen) → [SteadyShot] → gewenste instelling.
Menu-onderdelen
Aan (standaardinstelling):
Gebruikt [SteadyShot].
Uit:
Gebruikt [SteadyShot] niet.
Wij adviseren u [SteadyShot] in te stellen op [Uit] als u een statief gebruikt.
[149] Hoe te gebruiken
apparaat instellen
SteadyShot-instell.
U kunt opnemen met een geschikte instelling van [SteadyShot] voor de bevestigde lens.
(Camera- instellingen) → [SteadyShot] → [Aan]
1. MENU→
2. [SteadyShot-instell.] → [SteadyShot-aanpas.] → gewenste instelling.
Menu-onderdelen
Automatisch (standaardinstelling):
Voert de SteadyShot-functie automatisch uit volgens de informatie verkregen vanaf de bevestigde lens.
Handmatig:
Voert de SteadyShot-functie uit volgens de brandpuntsafstand ingesteld bij [SteadyS.brndptsafst.]. (8
mm tot 1000 mm)
Controleer de markeringen voor brandpuntsafstand (A) en stel de brandpuntsafstand in.
Opmerking
Het is mogelijk dat de SteadyShot-functie niet optimaal werkt wanneer de camera nog maar net is
ingeschakeld, vlak nadat u de camera op een onderwerp hebt gericht, of wanneer de ontspanknop
helemaal is ingedrukt zonder halverwege te stoppen.
De opnamefuncties gebruiken
De overige functies van dit

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave